Monthly Archives: April 2014

Clarity (3)

COMMAPHILIA

This week I would like to address my very often underestimated little friend, the comma. I confess to being somewhat of a pedant when it comes to its usage. Often ignored and underrated, incorrect comma usage can change the meaning of sentences and its omission render a sentence unintelligible. Sticklers like myself go so far as to say that our system of punctuation is endangered – what with ‘textese’ (SMS language) and other internet-based communication. So allow me to demonstrate what a wonderful and necessary thing the comma is. I know, it’s sad – I really don’t have a life.

Before I enlighten you of the rules, look how commas can change the meaning of sentences:

  • The judge said the convict was a fool. (meaning:) The convict is the fool.
  • The judge, said the convict, was a fool. (meaning:)The judge is the fool.
  • The staff who were successful received a bonus. (meaning:) Only members of staff who were successful received a bonus
  • The staff, who were successful, received a bonus. (meaning:) All staff received a bonus.

The rules surrounding comma usage in English differ from those in Dutch. Moreover, I frequently encounter a form of ‘comma phobia’ during the writing workshops I provide; i.e. the poor little comma is completely overlooked. Look at this extract, not a comma in sight!

“The difference between the large company rules and the mitigated large company rules is that the mitigated large company rules the members of the company’s management board are appointed by the general meeting rather than by the members of the supervisory board”.

Now that I have hopefully demonstrated their importance, here are some of the rules:

1. Commas are used to separate an introductory word or phrase from the main subject of the sentence e.g.

  • Time phrase: In 2012, we launched our new software.
  • Introductory phrase: In response to your telephone call, I have pleasure in enclosing the revised contract.

2. Commas are used after connectors (e.g. furthermore, however etc.) or adverbs of opinion (e.g. actually, frankly etc.) placed at the beginning of a sentence e.g.

  • Moreover, we would like to draw your attention to the final paragraph of our client’s letter.
  • Very importantly, we would like to draw your attention to clause four of the contract.

3. Commas are used to separate connectors from the surrounding text e.g.

  • We have, however, some queries related to clause 4.
  • The supplier must, therefore, give four weeks’ notice of any price changes.

4. Commas are used before and after a non-defining relative clause e.g.

  • The contract, which has also been passed to my colleague in Frankfurt, does not   include the information we sent you last week.
  • He has agreed to speak to the manager, who is coming here next Monday, regarding the Patent issue.

5. Commas are NOT used:

  • After a defining relative clause e.g. – This is an issue which will require further attention. – A barrister is a lawyer in England or Wales who is allowed to speak in the higher law courts.
  • Before ‘and’ (NB: There is something known as the ‘Oxford Comma’ which is an optional comma before the word ‘and’ at the end of al list e.g. We sell books, videos, and magazines. The Oxford Comma is also a part of pop music… click here). 
  • After a ‘reporting’ verb (e.g. say, tell, inform, think, confirm etc.)e.g. He has confirmed that the Plaintiff will accept the amount offered in settlement
  • (as mentioned in Courtesy 1): After salutations and closes in correspondence e.g. Dear Mr Jones and Yours sincerely/Best regards. This is no longer necessary in British English.

Although I have only scratched the surface regarding comma usage, the above are the most important rules. I hope after reading this you pay a little more attention to possibly one of the most important, but underrated elements of punctuation.

Happy writing.

What’s in a language? (3)

Van der Brugge en De Groot schreven onlangs in het Nederlands Juristenblad (lees hier) dat juridische teksten begrijpelijker zouden worden door een goed onder- en opgebouwd betoog dan door het vermijden van juridisch jargon en archaïsch taalgebruik. Daar hebben ze natuurlijk gelijk in. Alleen is het jammer dat juridisch taalgebruik (of het nou gaat om
Legal English of om Juridisch Nederlands) zo vaak gezien wordt als alleen archaïsch
taalgebruik. Het is zo veel meer dan dat. Ik zet graag nog even voornaamste kenmerken op een rijtje en zal proberen een aantal verschillen tussen Legal English en Juridisch
Nederlands te geven.

De meest in het oog vallende kenmerken van deze professionele taalvariant zijn:

  • Het gebruik van juridische terminologie. Net zoals in andere professies maken
    juristen vaak gebruik van  technische termen die voor juridisch niet-onderlegden vaak onbekend zijn. Voor wat betreft Legal English bijv. waiver, restraining of trade, restrictive covenant, promissory estoppel. Veel van deze woorden stammen uit het Frans of het Latijn, een reden te meer dat deze woorden niet écht bekend zijn bij ‘het grote publiek’.
  • Deze terminologie omvat soms ‘gewone’ woorden die een speciale juridische
    betekenis hebben als ze worden gebruikt in een juridische context. Eerder hebben we het al eens gehad over specification, maar andere voorbeelden zijn consideration, redemption, of furnish.
  • Een gebrek aan interpunctie. Soms lijkt het wel of juridische Engelstalige stukken (aktes in het bijzonder) allergisch zijn voor komma’s en punten. Engelstalige
    advocaten vinden dat interpunctie alleen maar ambiguïteit in de hand werkt en dat de betekenis van juridische documenten slechts in de woorden en hun context ligt (een gevolg van het Common Law-stelsel wellicht?). Grappig genoeg wordt Juridisch Nederlands vaak geplaagd door juist te veel komma’s op te veel willekeurige
    plaatsen waardoor de betekenis van een zin juist anders uit kan pakken dan
    bedoeld… Het kan zijn dat de regels  van het komma-gebruik in het Nederlands veel ingewikkelder zijn dan in het Engels. Hier komen we in een volgende blog op terug.
  • Het gebruik van verdubbelingen. We hebben het hier al eens over gehad; het voorbeeld was toen null and void. Maar fit and proper, care and attention, perform and
    discharge, terms and condition
    zijn daar allemaal voorbeelden van en we zouden er nog veel meer kunnen opnoemen.
  • En over verdubbelingen gesproken: het veelvuldig gebruik van de zgn. pro-form (ofwel: korte en economische woorden met een algemene betekenis die voor
    andere, in de tekst gespecificeerde, “inhoudsdragende” woorden of uitdrukkingen staan). Bijvoorbeeld: the same, the said, the aforementioned enz. Het gebruik hiervan in juridische teksten is opmerkelijk omdat ze vaak niet het woord vervangen waar ze voor staan (juist de hele bedoeling van die woordjes!), maar juist gebruikt worden als een soort bijwoord. Bijvoorbeeld: the said John Smith. Of in het Nederlands: ‘de voornoemde Jan Smit’ (alsof we het plotseling over een andere Jan Smit hebben..). Waarschijnlijk opnieuw een poging om eventuele ambiguïteit te voorkomen.
  • Het gebruik van voornaamwoordelijke bijwoorden. Ofwel woorden als hereby en whereof (en andere met bijv. -at, -in, -after, -before, -with, -of, -above, -on, -upon) die in het Modern Standard English bijna niet meer worden gebruikt (lees ook hier). Vreemd genoeg wordt dit stijlaspect in juridisch taalgebruik juist gebruikt om
    herhalingen te voorkomen… Bijvoorbeeld: the parties hereto in plaats van the parties to this contract.
  • Ongebruikelijke woordvolgorde. De woordvolgorde in Engelstalige juridische
    documenten kan nogal een afwijken van de normale woordvolgorde: zinnen als the provisions for termination hereinafter appearing of anders will at the cost of the
    borrower forthwith comply with the same
    kom je geregeld tegen. Hoogstwaarschijnlijk is de invloed van Franse grammaticale structuren hier debet aan.
  • Het gebruik van phrasal verbs, ofwel werkwoorden met een vast voorzetsel. In
    Modern Standard English al één van de lastigste dingen om onder de knie te krijgen en met oneindig veel groter gebruik dan in het Nederlands. Bovendien met vaak een strikt juridische betekenis. Bijv. parties enter into contracts, put down
    deposits, serve [documents] upon other parties, write off debts, etc. etc. En om het nog iets ingewikkelder te maken: Engelse phrasal verbs  dienen vaak ter vervanging van een formeler (vaak Latijns) synoniem, bijvoorbeeld get together in plaats van congegrate, put off in plaats van postpone en ga zo maar door.
  • En dan verder nog het gebruik van archaïsche woorden (zie o.a hier), het overvloedig gebruik van de passieve vorm, het gebruik van nominalisaties (lees hier meer), het gebruik van (vaak) Latijnse afkortingen, enz. enz.

Kortom, Legal English/Juridisch Nederlands heeft zo veel meer kenmerken dan alleen
archaïsmen. Het is jammer dat in de titel van het artikel van Van der Brugge en De Groot weer het woord term ‘Jip-en-Janneketaal’ voorkomt (waarschijnlijk door een redacteur
verzonnen, want verder wordt het woord niet gebruikt). Zo wordt de discussie de hele tijd richting ‘kinderachtig’ getrokken. Beter zou zijn een term als ‘begrijpelijk Nederlands’ te gebruiken. Want hiermee stel je dan gelijk de hamvraag: “Begrijpelijk voor WIE?”. Het maakt nogal uit of je een tekst schrijft om in een rechtszaal te gebruiken of om
buurtbewoners van het e.e.a. op de hoogte te stellen.

De woorden Legal (in legal English) en Juridisch (in Juridisch Nederlands) geven aan dat het hier om een “professionele variant” van het Engels/Nederlands gaat. Kortom: een techniek. Denk eerst eens na voor wie je een tekst schrijft, en pas daar je schrijftechniek aan.

What’s in a word? (6)

image003“Vermenging” in Nederlands en Engels goederenrecht.

Een collega vroeg me onlangs of ik voor haar een Engelse vertaling van een pandakte wilde maken. Ze was er zelf aan begonnen maar  raakte langzaam maar zeker really and totally freaked out. Nu kende ik haar als iemand die niet snel van haar stuk te brengen was, maar toen ik het stuk zag kon ik me wel iets voorstellen bij haar gemoedstoestand…

Een jurist ziet een pandakte als de bron van afspraken over het pandrecht. Dat betekent dus veel uitweidingen over het goed en wat daar zoal mee kan gebeuren in juridische zin. Veel goederenrecht dus. Voor een vertaler echter is zo’n pandakte een verzameling termen met een al dan niet wettelijke definitie en een hoog abstractiegehalte. Normaalgesproken een feest voor een vertaler!

Maar na een uur of wat was mijn oorspronkelijke enthousiasme redelijk bekoeld. De reden was dat de strategie die ik vaak het eerste toepas, namelijk zoeken naar Engelse equivalenten aan de hand van rechtsvergelijking, in dit geval werkelijk helemaal niets opleverde. En tegen die tijd was mij ook duidelijk geworden hoe dat kwam: het goederenrecht van de common law heeft zo’n afwijkende ontwikkeling doorgemaakt in vergelijking met het continentale goederenrecht dat er weinig hoop was op een vertaling. Er viel simpelweg niets te vergelijken.

Terug bij af dus. In een uiterste poging om een vertaling te vinden voor ‘vermenging’ (artikel 5:15 BW) raadpleegde ik de Grote Van Dale voor vertalers. Nu moeten de vertalingen van juridische termen in deze Van Dale met groot wantrouwen worden bekeken. Meestal is het op het eerste gezicht al duidelijk dat er iets niet klopt, want zo is het onderscheid tussen privaatrecht en strafrecht nog niet helemaal aangekomen bij deze woordenboekmakers. Maar als je daar rekening mee houdt (en dus verder zoekt) kan het boek nuttig zijn want heel soms staat er iets in dat je verder brengt. Specification stond er achter ‘vermenging’. Verder zoeken dus, alleen in geen enkel Engels-Engels woordenboek vond ik een bevestiging want het hele woord stond er niet eens in. Zelfs niet iets dat er op leek.

En ineens viel het kwartje: dit was Latijn want eigenlijk stond hier specificatio! Good old Kaser-Wubbe bevestigde deze stelling en daar stonden ze: de Latijnse benamingen voor ons goederenrecht. Meer dan 2000 jaar oud, maar nog steeds van belang als aanvulling op het Engels. De lingua franca van vroeger als aanvulling op de lingua franca van nu.

Sindsdien vertaal ik, bij wijze van spreken, fluitend goederenrechtelijke documenten. Hypotheekaktes, pandaktes, huwelijkse voorwaarden, heerlijk. Deze Romeinsrechtelijke oplossing geeft richting aan het zoeken, doch dit neemt niet weg dat je altijd kritisch moet blijven. Maar er is in ieder geval geen reden voor paniek. Alles kan vertaald worden, en elk rechtsgebied vraagt een andere strategie. En de verschillen met de common law en het goederenrecht? Daar gaan we het een andere keer nog eens over hebben.

Antoinette Dop.