Clarity (8)

In sommige (vnl. Amerikaanse) contracten en algemene voorwaarden kom je ze bij de aansprakelijkheidsbeperkingen nog wel eens tegen: hele ALINEA’S IN HOOFDLETTERS GESCHREVEN. “Oeps… oppassen”, denk je dan gelijk, “dat zal wel EXTRA BELANGRIJK zijn als dat zo wordt geschreven”. Niets is echter minder waar… .

Er was inderdaad een tijd (ooit, lang geleden…) dat de Amerikaanse Federal Trade
Commission
(FTC) het een goed idee vond om zekere bepalingen in contracten conspicous (dat wil zeggen: prominent, opvallend, markant) te maken. De Magnuson-Moss Warranty Act (1975) stelt dat ieder contract clearly and conspicuously moet laten weten of er in- en/of uitsluitende voorwaarden zijn (designations, in de woorden van die wet). En in de donkere dagen vóór tekstverwerkers en Pc’s was een van de weinige manieren om dat te doen de hoofdlettertoets van schrijfmachines vast te lijmen. Amerikaanse krantenredacties
overigens denken nog altijd dat Hoofdletters Altijd Extra Aandacht Trekken. In kranten-
koppen van veel Amerikaanse kranten beginnen alle woorden met een hoofdletter.

Maar ook de FTC gaat met z’n tijd mee en heeft al een aantal jaren geleden een nieuwe handleiding geschreven, waarin het gebruik van Plain English van harte wordt aangemoedigd (lees de nieuwe handleiding hier). En daar horen hele zinnen en alinea’s in hoofdletters niet bij. Sterker nog: onderzoek wijst uit dat een tekst met louter hoofdletters juist moeilijker is te lezen en dat lezers ongeveer 11% meer tijd kwijt zijn met een
dergelijke tekst (hetgeen juist wél weer spreekt voor dat conspicuous, maar dit terzijde…)

Er zijn nog een fiks aantal Amerikaanse staten die het hoofdlettergebruik in contracten voorschrijven. Arizona bijvoorbeeld, en Illinois en Oregon. South Carolina maakt het helemaal bont en eist dat a disclaimer in a handbook or personal manual must be in underlined capital letters on the first page of the document. (S.C. Code Ann. § 41-1-110). Hoe
conspicuous kan je het maken?

Bryan A. Garner, de man die wij altijd volgen als hij het over Plain English heeft, omschrijft dat hoofdlettergebruik als ‘ghastly’: Lawyers who think their caps lock keys are instant “make conspicuous” buttons are deluded, it is entirely possible for text to be conspicuous without being in capitals en steeds meer rechtbanken volgen hem hierheen in dat making text all-capitals has no bearing on whether it is clear and easily readable.

Veel juristen denken dat Legal English (of Juridisch Nederlands) een hele andere taal is dan English/Nederlands, met geheel eigen regels, en dus ook eigen regels voor hoofdletter-
gebruik. Dat is niet zo. Ieder jaar is er bijv. tijdens Juridisch Dictee over of functie-
aanduidingen als president, procureur-generaal, nationaal deken en rechter-commissaris met hoofdletters geschreven moeten worden of niet. De studenten leren dat wél, maar het is tegen de regels van de Nederlandse taal. Ik zou zelfs zo ver willen gaan dit een
typografische vorm van jargon te noemen.

Ook rechtbanken gaan dit zien; in de zaak FIFTH THIRD BANK v. DUCRU LIMITED PARTNERSHIP (tsja… om mij volslagen onbekende redenen wordt dit ook altijd met hoofdletters geschreven, zucht…) beargumenteert Ducru dat er een groot verschil is tussen Termination Date en termination date: Ducru now argues that we should place a great deal of emphasis on this definitional difference and on where and when the phrases “termination date” and  “Termination Date” appeared in the lease documents. Ducru contends that because the second amendment used the uncapitalized term, the amendment intended a broader meaning that encompassed the capitalized term used in the original lease. Therefore, the argument goes, Fifth Third no longer had a Termination Right because the lower-case “t” termination date of December 2005 trumped any other capital “T” Termination Date that could have existed under the Termination Right. De rechtbank oordeelde: This argument is as confusing as it is wrong. (Lees hier voor het volledige rechtbankverslag).

Overigens, in de Nederlandse wetgeving staat nergens dat iets conspicuous gemaakt moet worden. Je hoeft niet eens te bewijzen dat je het gelezen hebt (art. 6:232 BW). En zelfs als er toch heel eventueel “niet-voorziene omstandigheden” mochten zijn, dan nóg zijn al die bepalingen en uitsluitingen onder het Nederlandse recht volkomen overbodig. Of je ze nou met HOOFDLETTERS schrijft of niet. (Lees hier meer).