Correctness (25)

Vandaag een aantal makkelijk te verwisselen woorden. Tenminste… áls je ze verwisselt, dan is het gewoon fout. Onderstaande easily confused words komen wij bijna altijd tegen in de schrijftaken van deelnemers aan onze Legal English Writing Skills-trainingen. Het gaat hier om woorden waar ook de gemiddelde native-speaker Engels vaak de fout mee in gaat, want net zo als Nederlanders die in het Nederlands schrijven, maken de Engelstaligen natuurlijk ook gewoon schrijffouten als zij in hun moerstaal schrijven. Bovendien gaat het hier niet over spelling, dus een eventueel door u gebruikte spelchecker zal ze niet of nauwelijks opmerken.

Which of That?
Veel Nederlanders gebruiken which of that naar eigen believen. Hoogstwaarschijnlijk omdat ze denken dat which de vertaling is van “welke”. We hebben het hier niet over het vraagwoord (als in Which book is yours?) maar over het betrekkelijke voornaamwoord als in The law firm, which has its headquarters in Amsterdam, will declare bankruptcy. Het is mij een raadsel waarom je in het Nederlands hier “welke” voor zou gebruiken, behalve dan dat dit ‘mooi’, ‘formeel’ en ‘klassiek’ (of ook: ‘pompeus’, ‘hoogdravend’ en ‘ouderwets’) overkomt, maar het kán wel…

In het Engels echter is er een belangrijk verschil: Which is niet-restrictief. Dat betekent dat het extra informatie geeft die echter niet essentieel is voor de betekenis van een zin. That is juist restrictief en geeft essentiële informatie. In de bovenstaande which-zin is er maar één failliet advocatenkantoor en dat heeft z’n hoofdkantoor toevallig in Amsterdam. In de zin The law firm that has its headquarters in Amsterdam will declare bankruptcy gaat het om meerdere kantoren, maar het kantoor met het hoofdkantoor in Amsterdam is het haasje. Nogal een verschil, dus!

Wat dan weer wel mooi meegenomen is, is dat de That-zinnen geen komma’s hebben, en de Which-zinnen juist wel. Een prachtig voorbeeld van betekenisdragende interpunctie.

Advise/Advice/Advize
Advise met een S is het werkwoord, dus “adviseren”. Advice met een C is het zelfstandig naamwoord, dus “advies”. Met andere woorden: My firm adviSes all sorts of clients en My firm gives good adviCe. Advize met een Z bestaat gewoon niet. Sommigen zeggen dat dit de Amerikaanse spelling is, maar dat is gewoon onzin. Wat niet helpt, is dat Advize bijzonder vaak opduikt in namen van Nederlandse bedrijven… google het maar eens en je zult het zien. Een typisch Nederlands verzinsel.

Then of Than?
Een beetje lastig voor Nederlanders: “Ik ben groter dan jij”, “En dan gaan we naar…”. Dezelfde “dan”. In het Engels echter: than bij een vergelijking (I am bigger than you) en then als het bijwoord van tijd (And then we go to…). Eén gelukje: als je spreekt (ipv. schrijft), maakt het niet veel uit…

Amount of Number?
Amount kan je niet tellen. Number wel. Denk aan: A smaller number of glasses can hold a smaller amount of milk.

Less of Fewer?
Ook hier weer het “telprincipe”: Less gebruik je met dingen die je niet kan tellen. Fewer kan je wél tellen.  Of, om bovenstaande voorbeeldzin verder te gebruiken: Fewer glasses hold less milk. Wat niet helpt, is dat je in Brits-Amerikaanse winkels dan weer vaak ziet staan: 10 items or less, wat natuurlijk 10 items or fewer zou moeten zijn.

Any of Some?
Any gebruik je in vragende en negatieve zinnen, en some wordt gebruikt in bevestigende zinnen. Dus: Do you have any money? (vragend). No, I don’t have any (negatief) of anders: Yes, I have some (bevestigend).