Courtesy (12)

Een cultuur ‘vormt’ taal. Een taal ‘vormt’ cultuur. Taal én cultuur ‘vormt’ communicatie. Drie voorbeelden uit de (ook juridische) praktijk:

Voorbeeld 1:  Vaak horen we van deelnemers aan onze English Writing Skills-trainingen
opmerkingen in de trant van “Volgens mij ben ik veel te formeel in mijn Engels”. We kunnen het niet vaak genoeg zeggen: het kan bijna niet formeel genoeg. De vraag Would you be able to supply me with the following documents, please zou, als je kwaad wil, inderdaad
vertaald kunnen worden met “Zou u alstublieft in staat kunnen zijn mij van de volgende documenten te kunnen voorzien”. En inderdaad, dát zouden we in het hedendaags Nederlands zelden schrijven. De meeste Engelstaligen echter lezen simpelweg een verzoekje om wat documenten. Het is zelfs nog maar de vraag of die Engelstaligen dit een “beleefde” vraag vinden. Het is gewoon een standaardvraagje. Beleefdheid heeft er weinig mee te maken, het is zoals het is, je geeft de lezer de ruimte om te denken “nee, daar zijn we
helemaal niet toe in staat en we hebben er ook helemaal geen zin in, maar gezien de
vriendelijke vraagstelling doen we het toch maar…”. Beleefdheid in de ene taal is niet
hetzelfde als beleefdheid in een andere taal. Zelfs het concept “beleefdheid” is in de ene cultuur anders dan in de andere cultuur. Het een komt voort uit het ander (of andersom).

Voorbeeld 2:I have two words to leave with you tonight, ladies and gentlemen: Inclusion rider,” zei de actrice Francis McDormand in februari tijdens de Oscar-uitreiking. Een rider is een extra bepaling in een contract, een inclusion rider is een bepaling die er voor zorgt dat er (bijv. bij een film) voldoende ‘minderheden” (lees vaak: vrouwen, mensen met een
huidskleur anders dan wit, mensen met een geestelijke of lichaamlijke beperking en LGBTQ’ers) mee werken. Dergelijke inclusion riders (klik hier voor een voorbeeld) kunnen worden opgenomen in contracten die filmsterren (of contract actors) tekenen. Lees
hierover in The Washington Post of in Vanity Fair

In Europa (minus Engeland), of liever gezegd in landen met een civil law-systeem, zal je die inclusion riders niet snel in contracten zien. Niet omdat civil law-landen niet voor inclusion zijn, maar veel meer omdat er een fundamenteel verschil is hoe contracten worden bekeken. Heel generaliserend: in common law-landen (o.m. Engeland, Verenigde Staten) is een contract een overeenkomst tussen twee partijen en wat die partijen onderling
afspreken, moeten ze zelf maar weten. Bij eventuele onenigheden kan een rechter alleen maar naar de letter van het contract kijken. In civil law-landen moeten contracten in de eerste plaats voldoen aan allerlei Wetboeken, wat bij eventuele onenigheden kan
betekenen dat een rechter vooral ook naar de geest van het contract kijkt.

Even zo generaliserend zou je kunnen zeggen dat mensen in de VS het maar met elkaar
uitzoeken om daarna pas eventueel, en mocht dat noodzakelijk zijn, allerlei regels en
wetten te maken. In Europa (minus Engeland dus) worden er eerst wetten en regels gemaakt (natuurlijk op ‘democratische’ wijze) waarna mensen zich daar dan aan moeten houden. Dat heeft natuurlijk zijn neerslag op wat, en vooral ook: hoe, iets wordt vastgelegd. Een contract in de ene taal is niet hetzelfde als een contract in een andere taal. Zelfs het concept “contract” is in de ene cultuur anders dan in de andere cultuur. Het een komt voort uit het ander (of andersom).

Voorbeeld 3: Bovenstaand fundamenteel “cultuur”verschil valt misschien enigszins te vergelijken met een al eerder op deze plaats aangehaald fenomeen: hebben de meeste (niet geheel toevallig civil law-)landen een of andere instantie die zich bekommert om spelling en grammatica (Nederlandse Taalunie, Académie Française, Rat für Deutsche Rechtschreibung enz.), de meeste (niet geheel toevallg common law-)landen laten het aan “het publiek” over, met als gevolg dat er geen “officiële” spelling of grammatica bestaat. Regels (in dit geval spellingsregels) zijn in de ene taal niet niet hetzelfde als regels (in dit geval spellingsregels) in een andere taal. Zelfs het concept “regels” (in dit geval spellingsregels) is in de ene cultuur anders dan in de andere cultuur. Het een komt voort uit het ander (of andersom).

In de Verenigde Staten speelt zgn. “Identiteitspolitiek” een veel grotere rol dan in Europa. Misschien is het concept “overlaten-aan-het-publiek” (of het nu beleefdheidsfrases,
contractbepalingen of spellingsregels betreft) hier wel een belangrijke reden voor…