What’s in a language? (1)

Zelfs als de grammatica en de spelling correct is, zien Engelstaligen al snel dat een tekst niet door een moedertaalspreker Engels is geschreven. Hoe komt dat? Hier zijn veel redenen voor die wij onder het kopje “What’s in a language?” zullen behandelen.

Vorige week hadden we het (in Clarity (2)) over SVOMPT: de correcte zinsstructuur in het Engels (Subject – Verb – Object – Manner – Place – Time). Het voorbeeld was ‘We sent the contract by courier to Amsterdam yesterday’. We pretendeerden dat dit DÉ correcte Engelse zin was. Alleen …:

  1. Yesterday, we sent the contract by courier to Amsterdam
  2. By courier, we sent the contract to Amsterdam yesterday
  3. To Amsterdam, we sent the contract by courier yesterday

… zijn grammaticaal nét zo correct. (ps. over die komma hebben we het later nog wel eens in Clarity (3)).

Wat is eigenlijk ‘correct’ en ‘fout’? Heel bot gezegd is er geen goed en fout. De vraag ‘Is dit goed Engels?‘ is van een andere aard dan vragen als ‘Is de uitkomst van deze optelling goed?‘ of ‘Is deze stad de hoofdstad van dit land?‘. Het antwoord op de tweede vraag is altijd na te rekenen, het antwoord op de derde vraag is altijd op te zoeken. Of iets ‘goed’ Engels is, kan echter niet altijd afgeleid worden uit taalregels of opgezocht in een taalboek. De grammaticaliteit of aanvaardbaarheid van structuren (en andere elementen) van het Engels wordt uiteindelijk bepaald door de Engelstaligen zelf.

In Nederland hebben we nog een officieel (rijks)instituut als de Nederlandse Taalunie en officiële instanties die trachten een officiële spelling in te voeren, maar de Engelsen (en de Amerikanen en de Australiërs etc.) moeten het zelfs zonder dergelijke instanties doen.

In plaats van “goed/fout” is het dan misschien beter om over “gebruikelijk/ongebruikelijk” te spreken. En al wat “ongebruikelijk” is in een tekst, leidt af van de inhoud. Verreweg de meeste Engelstaligen zijn domweg gewend aan SVOMPT-zinnen, met als mogelijke uitzondering voorbeeld 1 hierboven, met Time voorop: TSVOMP. Al het andere leidt af, en wij raden aan een andere woordvolgorde niet te gebruiken, TENZIJ U DAAR EEN HEEL BEPAALDE BEDOELING MEE HEEFT.

En die ‘heeI bepaalde bedoeling’ hebben Nederlandse schrijvers van het Engels vaak juist niet… Het is ons opgevallen dat Nederlandse schrijvers van het Engels vaak heel erg veel informatie voor het Subject zetten, net zoals ze dat in het Nederlands ook doen. Opnieuw: dat is niet per sé “fout” maar “ongebruikelijk” (en dus afleidend en dus on-Engels). Een mogelijke verklaring zou kunnen zijn Nederlanders vaak zaken vóór het Subject zetten om iets extra te benadrukken. Engels is (in gesproken vorm) een veel melodieuzere taal en Engelstaligen hebben derhalve veel meer mogelijkheden om in een (gesproken) zin bepaalde onderwerpen te accentueren.

Een andere, veel minder speculatieve, verklaring is dat Engels een veel compactere taal is dan het Nederlands. De schatting is dat het Nederlands ongeveer 20% meer woorden nodig heeft voor eenzelfde tekst in het Engels (vergelijk maar eens een Nederlandse vertaling van een Engels boek: vaak een stuk dikker).

Om zinnen en alinea’s beter op elkaar aan te laten sluiten (de tekst te laten “lopen”) gebruikt het Nederlands vaak herhalingen/samenvattingen van delen van de vorige zin/alinea. Dit terwijl het Engels vaak volstaat met een enkel voegwoord. In trainingen schrijfvaardigheid Nederlands voor Engelstaligen, heb ik vaak van mijn cursisten moeten horen: “Ja, maar dat heb ik toch al geschreven… Waarom moet ik het dan nóg een keer schrijven?“ Het blijkt voor Engelstaligen vaak lastig om een Nederlandse ‘toon’ aan te slaan. Waarschijnlijk net zo lastig als andersom…

Lange zinnen, herhalingen en zaken voor het Subject zijn derhalve (vaak) “onEngels”. En dat is een reden waarom Engelstaligen vaak al snel zien dat een tekst door een niet-Engelstalig persoon is geschreven, ook al kloppen de grammatica, de spelling, etc. etc. Natuurlijk zijn er wel meer redenen, maar daar komen we in volgend blogs nog wel eens op terug.

Schrijf in het Engels dus als een Engelstalige. Wees kort en to the point (KISS), volg zo veel mogelijk SVOMPT, kijk nog eens wat u allemaal met voegwoorden kan doen, en bedenk of u van een lange zin niet beter twee zinnen kunt maken. Uw stukken schrijft u immers voor de (Engelstalige) lezer en als u wilt dat zij zich zo veel mogelijk op de inhoud van uw teksten concentreren, zorg dan dat ze niet worden afgeleid.