Category Archives: Clarity

Clarity (14)

Veel mensen denken dat je als moedertaalspreker ‘automatisch beter’ schrijft dan als niet-moedertaalspreker. Dat is lang niet altijd het geval, en de redacteuren van het wetenschappelijke tijdschrift Nature menen zelfs het tegenovergestelde. Hoeveel Nederlanders kent u namelijk niet waarvan u en uw kantoorgenoten denken “jee, wat schrijft hij slecht”? En dan hebben we het over Nederlandse teksten die door een volbloed-Nederlander zijn geschreven. Makkelijker wordt het plotseling als die volbloed-Nederlander een (zeg even) Turkse achtergrond heeft, want dan is een excuus alweer snel gevonden (lees What’s in language 12).

Natuurlijk hebben moedertaalsprekers een streepje voor. Je mag bijv. verwachten dat Nederlanders minder spelfouten maken dan niet-Nederlanders die immers niet jarenlang op school met de –t en de –dt om de oren zijn geslagen (en omgekeerd). Maar als u die, vaak cosmetische, (spellings)hindernissen heeft genomen, gaat het om denkprocessen, rekening houden met de verwachtingen van de lezer, heldere en logische uiteenzettingen enz. En behoudens een cultureel bepaald dingetje hier en daar, verschilt het dan niet zo veel of u in het Engels of in het Nederlands schrijft. Met andere woorden: iemand die
warrig Nederlands schrijft, zal ook warrig Engels schrijven (en andersom).

Neem bijv. nog eens die gerund (‘gerundium’ in het Nederlands). In blog Correctness 10 hebben we daar al de “regels” uiteengezet. En er zullen inderdaad niet veel Engelstalige schrijvers de volgende zinnen schrijven:
1. We expect entering negotiations next quarter
2. We recommend to accept their proposal
3. I look forward to meet you in February
4. We refuse paying the penalty the American judge told us to pay
Louter en alleen omdat ze allemaal (grammaticaal) fout zijn. Waarom? Ga naar
Correctness 10. Maar dit soort zaken liggen allemaal in die –t en –dt categorie.

Hoewel de gerund grammaticaal razendcorrect is (of kán zijn), stelt die gerund lezers namelijk voor een drietal problemen:

Ten eerste nodigen gerunds uit om ze te interpreteren als werkwoord (zijn ze in principe ook, alleen eindigen ze op –ing), maar zijn het eigenlijk zelfstandige naamwoorden. Dus eerst nodigen ze ons uit om ze als werkwoorden te zien, maar ze “werken” niet en daarom moeten we een heel stuk verder lezen om te zien waar het échte werkwoord van de zin staat. Lees bijv. Listening to his client complaining about the weather, the lawyer concluded that…waar de lezer zich eerst een weg moet banen door maar liefst twee andere
werkwoorden (listening, complaining) voordat hij tot het échte WERKwoord (concluded) komt. Overigens, let op de plaats van de komma (alles vóór het Subject laten volgen door een komma). Deze helpt de lezer een stuk op weg.

Ten tweede neemt een gerund vaak de plaats in van het lijdend voorwerp (Object). Neem het Engelse werkwoord to like. Het enige werkwoord waar je, zonder verschil in betekenis kan zeggen: I like swimming en I like to swim. (zie, opnieuw: Correctness 10). Om lezers
(bewust of onbewust) niet in verwarring te brengen, zouden wij altijd opteren voor: I like to swim. Enkel en alleen omdat de lezer dat ‘verwacht.

Ten derde, en waarschijnlijk de belangrijkste, gerunds dagen de schrijver uit om een enorme hoeveelheid informatie te spuien voordat hij tot de kern van de zin komt: Listening to his badly shaved ill-tempered and reeking after two days’ alcohol consumption (vul zelf aan) somewhat imbued client complaining about the (vul zelf aan) weather, which (vul zelf aan), the lawyer concluded that

Met andere woorden: als u schrijft, kom dan zo snel mogelijk met het (grammaticale)
onderwerp van de zin (the lawyer, in bovenstaand voorbeeld), en laat die dan zo snel
mogelijk volgen door de persoonsvorm (concluded, in hetzelfde voorbeeld). Kom daarna pas met uw stortvloed aan overige informatie! Als u dat niet doet, kunt u voor rare dingen komen te staan.

Een mooi voorbeeld van hoe het mis kan gaan, hebben we al eens gegeven in What’s in a language (20)  waar veel te veel informatie vóór het (grammaticale) onderwerp ervoor heeft gezorgd dat de officiële Engels vertaling van het NVB beslaggarantie model o.i. niet meer klopt. Dat komt er nou van.

Clarity (13)

Als u in de verte hoefgetrappel hoort, dan verwacht u binnenkort één of meer paarden te zien. Geen kudde zebra’s (tenzij u op de Serengeti rondloopt, dan). Verwachting, dáár gaat het om. Ook als u een tekst leest, wilt u liever niet voor verrassingen geplaatst worden, want anders moet u die zin vaak nóg een keer lezen, en u heeft nog wel meer te doen.
Iemand heeft die zin geschreven. Waarom stelt die schrijver mij dan voor die vervelende verrassingen? En waarom zou u dat eigenlijk willen doen als u zelf een tekst schrijft?

We hadden het hier al eerder over SVOMPT (bijv. hier): Subject-Verb-Object-Manner-Place-Time, ofwel de “gebruikelijke” woordvolgorde in een Engelse zin. Iedere afwijking van SVOMPT stelt de (Engelstalige) lezer voor een (al dan niet milde) verrassing. Eén van meest karakteristieke kenmerken van door Nederlanders geschreven Engelstalige teksten is de neiging om M(anner), P(lace) of T(ime) aan het begin van een zin te plaatsen. Dit is niet per sé “fout” maar veeleer “ongebruikelijk” en derhalve “verrassend”, of af en toe
misschien wel “verwarrend”. En tenzij dat uw bedoeling is natuurlijk: probeer het zo veel mogelijk te voorkomen. En áls u dat al doet (want anders worden uw teksten een beetje saai…), bedenk dan ook dat er (bijna) altijd een komma komt voor het onderwerp van de zin (Yesterday, I went to see my laywer). Die komma is er niet voor niets, want het helpt de lezer te laten zien dat hier iets “ongebruikelijks” aan de hand is (“niks aan de hand, we hebben die komma nu gehad, nu komt het belangrijkste in de zin, namelijk het S(ubject) gevolgd door de V(erb).

Ergens is het wel logisch dat in het Engels schrijvende Nederlanders zinnen vaak beginnen met een reeks woorden die niet het onderwerp van de zin is; Nederlandse zinnen kúnnen namelijk beginnen met een M(anner), P(lace) of T(ime). Áls dat gebeurt namelijk, dan hebben wij de ‘inversie’: het S(ubject) en de V(erb) worden dan omgedraaid. Op die manier wordt de lezer dan als het ware gerustgesteld: “niks aan de hand, kijk maar: alles onder controle”), en wordt de te verwachten P(of M of T)-V-S-O.

Tip 1 daarom: probeer, als u in het Engels schrijft, zo weinig mogelijk (liefst niets, eigenlijk) vóór het S(ubject) te plaatsen.

Als bovenstaande in de Top-10 op Nr. 1 staat, dan is Nr. 2 (met stip!) zeker het gebruik van There is/There are… aan het begin van een zin. In uw mondelinge Engels kunt u dat zeker gebruiken, maar er zijn wel meer dingen die u in uw mondelinge Engels kan doen maar niet in uw schriftelijke Engels. En ja… There is a house in New Orleans… etc., maar vergeet niet dat dit een (blues)lied is, bedoeld dus om te zíngen, en géén geschreven tekst.
There is/There are brengt lezers in een staat van lichte paniek. Niet alleen begint zo’n zin NIET met het S(ubject) maar tot overmaat van ramp is is (of are) ook niet de belangrijkste V(erb) in de zin. Waarschijnlijk stamt deze constructie uit het Frans, van na de
Normandische invasie in 1066 toen geletterde Normandiërs de half-analfabete
Anglosaksen op meer dan één manier een lesje kwamen leren.

Il-y-a mag in het Frans dan een handige manier zijn om een verandering in tijd of setting aan te geven, en ‘Er is/Er zijn…’ mag in het Nederlands een handige manier zijn om een statement te maken (overigens is het Engelse there iets heel anders dan het Nederlandse ‘er’, ooit namelijk wel eens afgevraagd bijv. waarom Engels sprookjes altijd beginnen met Once upon time… ipv. There was once…?), maar in het (geschreven) Engels breekt There is/there are… met een heel scala aan lezersverwachtingen. Atypical sentence structure slows down readers’ processing of the sentence’s components and their meaning, toonden Fereirra en Clifton al aan in Journal of Memory and Language (1986)

Tip 2 daarom: als u een tekst in het Engels heeft geschreven, doe dan even Ctrl+F en zoek naar iedere There is en There are. Vervang dit door iets anders. There are two ways to solve this problem wordt dan bijv. We can think of two ways to solve this problem. Niet alleen beantwoordt dit aan de verwachtingen van de lezer, de zin is ook nog een stuk actiever.

Trippeltrappeltrippeltrap, het is het paard van Sinterklaasje, en niet zijn zebra.

Clarity (12)

En jawel hoor… daar is-ie weer. De komma, of liever gezegd: de Oxford-comma. Het Amerikaanse zuivelbedrijf Oakhurst Dairy is door rechter David J. Barron in een hoger beroepszaak vorige week veroordeeld tot het betalen zo’n 10 miljoen dollar aan
achterstallig loon. En dat alles door een komma…

Wat is, in het kort, het geval? Drie vrachtwagenchauffeurs van het bedrijf eisten een
vergoeding voor in totaal meer dan vier jaren aan overuren die ze nooit uitbetaald kregen. Volgens de wet van de staat Maine moeten arbeiders 1,5 keer het normale uurloon betaald worden voor elk uur dat gepresteerd wordt bovenop de wekelijkse 40. Om verse koopwaar zo snel en goedkoop mogelijk naar de kopers te brengen maakt de wet  enkele
uitzonderingen, namelijk The canning, processing, preserving, freezing, drying, marketing, storing, packing for shipment or distribution of: (1) Agricultural produce; (2) Meat and fish products; and (3) Perishable foods.

In de wettekst staat dus géén komma voor het voegwoord ‘or‘ en dat gaat Oakhurst Dairy behoorlijk wat geld kosten. De chauffeurs (of waarschijnlijk liever gezegd: hun advocaten) lazen de wet als “verpakken voor verzending of distributie”, en gezien een chauffeur niets verpakt, moeten ze voor hun overwerk betaald worden. Als er nu een komma had gestaan tussen ‘shipment’ en ‘or’ had het niet onder overwerk gerekend kunnen worden.  Zo was de wettekst ook bedoeld.  Maar om werknemers zo veel mogelijk te beschermen moet de  wet- en regelgeving inzake loon en werktijden in de staat Maine ruim worden geïnterpreteerd. Rechter David J. Barron vond de bepaling zonder de bewuste Oxford-komma niet éénduidig.

De Serial Comma (de komma die direct voor voegwoorden (meestal and en or) geplaatst wordt in een opsomming van drie of meer elementen) heet ook wel Oxford Comma of
Harvard Comma. Dit omdat zowel de Oxford University Press als de Harvard University Press deze in hun huisstijl hebben opgenomen. Kwaadwilligen zouden dan gelijk op
kunnen merken ”dat krijg je ervan als je spelling en grammatica aan de markt overlaat”. Iets waar we het de afgelopen drie blogspots over hebben gehad…

De wetgevers valt overigens weinig verwijten. De Maine Legislative Drafting Manual stelt duidelijk niét de Oxford Comma te gebruiken. Commas, zegt het Manual op blz. 113, are the most misused and misunderstood punctuation marks in legal drafting and, perhaps, the
English language
. Use them thoughtfully and sparingly. Maar ik denk dat de eigenaar van Oakhurst Dairy daar nu iets anders over denkt.

Hoogstwaarschijnlijk heeft het meer te maken met het Common Law-systeem; een systeem waar de Letter van de Wet belangrijker is dan de Geest van de Wet (zie ook hier). En onder “Letter van de Wet” valt onherroepelijk de “Lettertekens van de Wet”.

PS:
Voor de échte komma(……uhmmmm)-liefhebbers: lees hier Death by Comma of hier Comma and Gun Control. En luister bij dat lezen dan ook naar Vampire Weekend.

Clarity (11)

De ampersand gaat teloor… “De ampersand?” zult u zich misschien afvragen? Ja, dat is de officiële naam voor het &-teken, vooral populair in namen van advocatenkantoren. Nou ja, populair… Vorige maand veranderde het grote Amerikaanse Boies, Schiller & Flexner zijn naam in Boies Schiller Flexner (ook de komma moest het veld ruimen), en onlangs liet Baker & McKenzie weten voortaan door het leven te gaan als Baker McKenzie, zonder dat kriebeltekentje dus.

De ampersand is een combinatie van de letters e en t van het Latijnse et (= ‘en’). Deze
letters werden samen verkort weergegeven als &. Het teken is een overblijfsel van de vele samengestelde tekens (ofwel: ligaturen, letters die uit twee andere letters zijn ontstaan, zoals de “ß” en de “w”, niet voor niks double u in het Engels) die in middeleeuwse handschriften en bij vijftiende-eeuwse drukkers in gebruik waren. In middeleeuwse handschriften komen veel van die ligaturen voor, ook om tijd en ruimte te besparen.

Het woord “ampersand” stamt van de woorden “et per se &”. Het werd gebruikt aan het einde van alfabetreeksen (als laatste echte letter dus na de “z”), en het betekent: “en op zichzelfstaand de &“; ook de volgorde “& per se et” werd gebruikt. Dit werd door de
Engelsen aan de achterkant van hun alfabetrijmpjes voor kinderen geplakt in de vorm and per se and, wat weer tot “ampersand” werd verbasterd.

Zo gek is het niet dat de ampersand vooral in de juridische wereld lang overeind is blijven staan. In diverse vorige blogs (bijv. hier)  hebben we eerder al opgemerkt dat vooral in het common-lawsysteem de letter van de wet (letterlijk én figuurlijk) erg belangrijk is. En better safe than sorry: uit angst dat de interpretatie van wetten zou veranderen door “&” te
vervangen door “and”, hield men nog erg lang vast aan de ampersand.

Er is geen enkel bewijs dat “&” een andere betekenis heeft. Hoewel…, op de aftiteling van films wordt de ampersand door het Writers Guild of America gebruikt wanneer twee
schrijvers nauw samen hebben gewerkt aan één script. Het woord “and” wordt gebruikt als de schrijvers op verschillende tijden ná elkaar aan het script hebben geschreven (bijv. bij een rewrite). Klik hier.

Naast de V&D (misschien wel ‘s Neerlands bekendste ampersand) nu dus ook geen Baker & McKenzie meer. In 1989 verdween al Blackstone, Rueb & Van Boeschoten. En Dutilh, Van der Hoeven & Slager verdween een jaar later. Baker (&) Mackenzie kan nu wel, bij monde van Chief Markting Officer Laurie Robertson, zeggen dat ze met hun tijd mee willen gaan en dat klanten dat wensen en zo, maar een meer prozaïsche reden lijkt mij, is dat een “&” het gewoon niet zo lekker doet in e-mailextensies (in die extensie was het al lang:
bakermckenzie.com). Hoe doen de nog bestaande ampersands het? Een korte rondgang in de Top-50:

Loyens & Loeff: rare, zelfgefabriceerde ampersand die voortborduurt op de twee L’s in het logo en: loyensloeff.com. Allen & Overy: ampersand in het logo en: allenovery.com. Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn: ampersand in logo en: pelsrijcken.com. Bird & Bird ampersand in logo en, heel grappig: twobirds.com. Simmons & Simmons: ampersand in logo, en,
minder grappig: simmons-simmons.com. Van Benthem & Keulen: ampersand heel nadrukkelijk in logo en: vbk.nl. Kneppelhout & Korthals Advocaten: ampersand niet in logo en: kneppelhout.nl, daar is iedere opsomming verdwenen. Wijn & Stael: ampersand niet in logo, en: wijnenstael.nl. Ekelmans & Meijer Advocaten: een zelfverzonnen, artistiekerig soort “+”-teken in logo en: ekelmansenmeijer.nl. Ik weet niet hoe het Writers Guild of
America
het zou interpreteren maar als je de toevoeging “advocaten / notarissen” gaat bekijken, dan is het allemaal nog wat veelduidiger: De Haan Advocaten & Notarissen of Trip Advocaten en Notarissen.

Eén lichtpuntje: het Amerikaanse Stroock & Stroock & Lavan zegt heldhaftig weerstand te bieden aan al deze nieuwlichterij. Gelukkig maar…(hoewel hun e-mailextensie wel weer gewoon stroock.com is…, dat dan weer wel).

PS:
de website van Baker McKenzie zegt: We have updated our logo & branding as part of our intention to remain contemporary and relevant for our clients. Let op de & tussen logo en branding. Een gevalletje heimwee?

 

Clarity (10)

De “letter van de wet” is binnen het Angelsaksische Common Law-systeem razend
belangrijk. (Dat is overigens ook de reden waarom je in Amerikaanse rechtbankfilms arme stagiaires samen met vaak armlastige derderangs-advocaten nachtenlang in obscure
bibliotheken op zoek zijn naar het een of andere door normale mensen al lang vergeten rechterlijke uitspraken). Fijn, zou je kunnen zeggen…duidelijkheid, helderheid en doen wat je volgens die wet moet doen en gestraft worden als je dat niet doet. Kristalhelder. Maar betekent dat dan ook dat de lettertékens van de wet net zo belangrijk zijn?

Een jaar geleden bespraken we op deze plaats een Engelse zaak die bekend staat als “Death by Comma” (hier nog eens te lezen). Precies zo’n komma heeft in de Verenigde Staten nog veel meer doden op zijn geweten! Het gaat in dit geval om het gebruik van de komma in het Tweede Amendement op de grondwet, daar waar het individuele recht op het dragen van wapens wordt besproken: “A well regulated Militia, being necessary to the security of a free State, the right of the people to keep and bear Arms, shall not be infringed”. (En let hier speciaal op de plaats van de komma’s!).

In 1975 nam de stad Washington (of liever gezegd het District of Columbia) een wet aan die het bezit van wapens sterk aan banden legde, de Firearms Control Regulations Act. Meteen begonnen er rechtszaken tegen het District of Columbia door figuren die meenden dat deze wet tegen de grondwet was, en dan wel met name tegen het Tweede Amendement. In 2007 in de zaak Parker v District of Columbia was de heer Heller één van de vijf mensen die samen met Parker de rechtszaak begon. Alleen de claim van Heller bleef overeind. Heller was een special agent, die een vergunning had op z’n werk een wapen te dragen, maar deze niet naar huis mocht nemen. En hoewel ook special agents werd aangeraden hun werk niet mee naar huis te nemen, vond hij, gezien de buurt waar hij in woonde, het raadzaam dat toch wel te doen. Heller verloor; de rechtbank oordeelde: the Second Amendment does not bestow any rights on individuals except, perhaps, when an individual serves in an organized militia such as today’s National Guard.

Heller tekende beroep aan en won op 7 maart 2007. Judge Laurence H. Silberman van het United States Court of Appeals for the District of Columbia Circuit, was van mening dat de tweede komma (de komma na “state”) ‘het bewijs was dat het Tweede Amendement niet alleen het collectieve recht van staten om milities op te zetten beschermde, maar ook dat iedere individuele burger het recht had een wapen te dragen, of die nu lid was van een militia of niet.

Het District of Columbia toog naar de Hoge Raad. In juni 2008 bevestigde de Supreme Court in District of Columbia v. Heller met een uitslag van 5 rechters vóór en 4 rechters tegen, het grondwettelijke recht van Heller een wapen te dragen.

Zelden zijn er, in de aanloop van juni 2008, zoveel fantastische stukken geschreven over de grammatica en de precieze betekenis van woorden in het Tweede Amendement. Zo is (met enig recht) ook de term “to bear arms” gefileerd waarvan de laat 18e-eeuwse betekenis niet ‘het dragen van wapens’ is, maar veeleer ‘het dienstnemen in een leger’. En met
betrekking tot die komma(‘s) vlogen termen als “prefatory comma” en “operative comma” over en weer.

Misschien wel de allermooiste en diepgravendste is Guns and Grammar door David Baron. Waar het op neerkomt, is dat de anti-wapen groep opmerkt dat de opstellers van Tweede Amendement alleen maar bedoelden te zeggen dat dat “a well-regulated militia … shall not be infringed”. Die ‘ongewone’ komma’s stellen niets voor, net zoals welke interpunctie dan ook in die tijd geen enkele betekenis had. (Lees hier en hier de in dit debat vaak aangehaalde David Yakssi). En om hun gelijk nog weer eens te onderstrepen: behalve het, door de verschillende Staten in de laat 18e-eeuw, ondertekende exemplaar in de
National Archives met drie komma’s, zijn er (getekende) exemplaren uit dezelfde tijd met geen enkele komma, of ook met 4 komma’s.

Ondertussen zorgt de plaats van een komma in een document uit 1791 ervoor dat de Verenigde Staten nog steeds veel moeite hebben om de verspreiding van wapens tegen te gaan… Wie zegt er dat een komma niet dodelijk is? Een typisch gevalletje van “de pen is scherper dan het zwaard”.

Clarity (9)

We hebben ‘t er hier al eerder over gehad: het dit jaar 70 jaar oude George Orwell-essay
Politics and the English Language
en de relevantie hiervan voor Legal Writing (zie hier over jargon bijv.).  Bijna alle tekst- en stijlboeken over Legal Writing zijn schatplichtig aan dit
essay uit 1946. Vandaag Orwells Vierde Regel: “Verkies de Actieve Vorm boven de Passieve Vorm”.

Het gebruik van de actieve vorm of de passieve vorm… altijd een heet hangijzer, en al helemaal in juridische teksten. We kennen de voordelen van beide:

In een notendop vóór actief:

  • Het identificeert onmiddellijk de “doener” en elimineert daarom vaagheid en
    ambiguïteit
  • Het reduceert het aantal woorden in een zin

In een notendop vóór passief:

  • Het accent ligt op de handeling en niet op de handelende persoon
  • De handelende persoon is onbekend/niet relevant, of het is opportuun deze niet te noemen.

Een actieve schrijfstijl wordt vaak gezien als fris en fruitig terwijl een passieve schrijfstijl vaak wordt afgedaan als droog, zakelijk, onpersoonlijk en ambtelijk. De botsing tussen beide vormen ligt volgens mij in het feit dat er hier (weer) geen goed–fout (en dus: beter-slechter) oordeel over valt te vellen. Het “betekent” gewoon wat anders, of liever gezegd: de lezer zal er iets anders bij vinden (als dat “betekenis” is).

In zijn hartstochtelijke pleidooi vóór de passive voice geeft George D. Gopen in Writing Clear and Effective Legal Prose de volgende voorbeelden:

  • Smith had notified Jones on the morning of April 7 concerning the lost shipment.
  • On the morning of April 7, Jones had been informed of the lost shipment by Smith.
  • The lost shipment had been disclosed by Smith to Jones on the morning of April 7.

Als je wilt zeggen wat Smith deed, kies 1. Als je Jones zijn verhaal wil laten vertellen, kies 2. Als je focus the lost shipment is, kies dan 3. Ofwel, met Gopens woorden: Getting the right “whose story” into the “whose story” position is essential for clear legal prose. 

Tóch wijzen recente studies uit dat Amerikaanse rechters steeds vaker de actieve vorm verkiezen boven de passieve: It bothers them when a brief uses the passive voice frequently. (vraag 21) en de rechters van het California Court of Appeals hebben een bloedhekel aan excessive use of passive voice.

In de zaak United States v. Torres stond in de beëdigde verklaring van de DEA-agent: the brown paper bag carried by Torres was opened revealing a white powdery substance to the unercover agent. Hoewel de rechtbank de heer Torres het bezit van van die white powdery substance aan bleef rekenen, schreef zij ook: The issue is clarity. Good writers eschew the passive voice (…) because sentences written passively are often more ambiguous than those written actively. Agent Guiffre’s sentence poignantly illustrates how a passively written sentence can lead to possible confusion.(…). If one is going to write in the passive, one should at least include all of the necessary prepositional phrases for clarity’s sake–not because law journals and law schools require it. (lees hier verder).

Maar de passief heeft dus ook veel vrienden (zie Gopen). En wij kunnen (en willen) hier geen pro- of contra-oordeel over geven. Wat we wél graag willen, is dat u zich bewust bent van de voors en tegens van actief/passief. Ook willen wij graag nog zeggen dat u, binnen één tekst, enigszins consequent moet blijven (Consistency!!), en niet al te veel moet
wisselen tussen beide vormen (Avoid elegant variation, ofwel: variation for variation’s sake). Daarnaast: Orwell schreef de actieve vorm te verkiezen, niet de passieve vorm volledig uit te bannen…

Voor lezers die er nog niet genoeg van hebben en nog even willen oefenen: kijk eens hier voor een (niet overdreven makkelijke) oefening.

 

Clarity (8)

In sommige (vnl. Amerikaanse) contracten en algemene voorwaarden kom je ze bij de aansprakelijkheidsbeperkingen nog wel eens tegen: hele ALINEA’S IN HOOFDLETTERS GESCHREVEN. “Oeps… oppassen”, denk je dan gelijk, “dat zal wel EXTRA BELANGRIJK zijn als dat zo wordt geschreven”. Niets is echter minder waar… .

Er was inderdaad een tijd (ooit, lang geleden…) dat de Amerikaanse Federal Trade
Commission
(FTC) het een goed idee vond om zekere bepalingen in contracten conspicous (dat wil zeggen: prominent, opvallend, markant) te maken. De Magnuson-Moss Warranty Act (1975) stelt dat ieder contract clearly and conspicuously moet laten weten of er in- en/of uitsluitende voorwaarden zijn (designations, in de woorden van die wet). En in de donkere dagen vóór tekstverwerkers en Pc’s was een van de weinige manieren om dat te doen de hoofdlettertoets van schrijfmachines vast te lijmen. Amerikaanse krantenredacties
overigens denken nog altijd dat Hoofdletters Altijd Extra Aandacht Trekken. In kranten-
koppen van veel Amerikaanse kranten beginnen alle woorden met een hoofdletter.

Maar ook de FTC gaat met z’n tijd mee en heeft al een aantal jaren geleden een nieuwe handleiding geschreven, waarin het gebruik van Plain English van harte wordt aangemoedigd (lees de nieuwe handleiding hier). En daar horen hele zinnen en alinea’s in hoofdletters niet bij. Sterker nog: onderzoek wijst uit dat een tekst met louter hoofdletters juist moeilijker is te lezen en dat lezers ongeveer 11% meer tijd kwijt zijn met een
dergelijke tekst (hetgeen juist wél weer spreekt voor dat conspicuous, maar dit terzijde…)

Er zijn nog een fiks aantal Amerikaanse staten die het hoofdlettergebruik in contracten voorschrijven. Arizona bijvoorbeeld, en Illinois en Oregon. South Carolina maakt het helemaal bont en eist dat a disclaimer in a handbook or personal manual must be in underlined capital letters on the first page of the document. (S.C. Code Ann. § 41-1-110). Hoe
conspicuous kan je het maken?

Bryan A. Garner, de man die wij altijd volgen als hij het over Plain English heeft, omschrijft dat hoofdlettergebruik als ‘ghastly’: Lawyers who think their caps lock keys are instant “make conspicuous” buttons are deluded, it is entirely possible for text to be conspicuous without being in capitals en steeds meer rechtbanken volgen hem hierheen in dat making text all-capitals has no bearing on whether it is clear and easily readable.

Veel juristen denken dat Legal English (of Juridisch Nederlands) een hele andere taal is dan English/Nederlands, met geheel eigen regels, en dus ook eigen regels voor hoofdletter-
gebruik. Dat is niet zo. Ieder jaar is er bijv. tijdens Juridisch Dictee over of functie-
aanduidingen als president, procureur-generaal, nationaal deken en rechter-commissaris met hoofdletters geschreven moeten worden of niet. De studenten leren dat wél, maar het is tegen de regels van de Nederlandse taal. Ik zou zelfs zo ver willen gaan dit een
typografische vorm van jargon te noemen.

Ook rechtbanken gaan dit zien; in de zaak FIFTH THIRD BANK v. DUCRU LIMITED PARTNERSHIP (tsja… om mij volslagen onbekende redenen wordt dit ook altijd met hoofdletters geschreven, zucht…) beargumenteert Ducru dat er een groot verschil is tussen Termination Date en termination date: Ducru now argues that we should place a great deal of emphasis on this definitional difference and on where and when the phrases “termination date” and  “Termination Date” appeared in the lease documents. Ducru contends that because the second amendment used the uncapitalized term, the amendment intended a broader meaning that encompassed the capitalized term used in the original lease. Therefore, the argument goes, Fifth Third no longer had a Termination Right because the lower-case “t” termination date of December 2005 trumped any other capital “T” Termination Date that could have existed under the Termination Right. De rechtbank oordeelde: This argument is as confusing as it is wrong. (Lees hier voor het volledige rechtbankverslag).

Overigens, in de Nederlandse wetgeving staat nergens dat iets conspicuous gemaakt moet worden. Je hoeft niet eens te bewijzen dat je het gelezen hebt (art. 6:232 BW). En zelfs als er toch heel eventueel “niet-voorziene omstandigheden” mochten zijn, dan nóg zijn al die bepalingen en uitsluitingen onder het Nederlandse recht volkomen overbodig. Of je ze nou met HOOFDLETTERS schrijft of niet. (Lees hier meer).

Clarity (7)

U zal ‘m in uw juridische schrijfactiviteiten niet overdreven vaak gebruiken: het uitroepteken. Maar het Britse Ministerie van Onderwijs gaat wel heel erg ver met het uitbannen van de exclamation mark (of exclamation point in het Amerikaans-Engels). De nieuwste richtlijn betreffende English grammar, punctuation and spelling stelt dat a sentence that ends in an exclamation mark, but which does not have one of the grammatical patterns shown above, is not considered to be creditworthy as an exclamation (e.g. exclamatory statements, exclamatory imperatives, exclamatory interrogatives or interjections). Alleen zinnen die beginnen met What of How zouden moeten kunnen eindigen met een uitroepteken. Met als voorbeelden What a lovely day! of How exciting! (lees de richtlijnen hier, Punt 4.4.2).

Nu is het uitroepteken (zeker in de Angelsaksische wereld) nooit erg populair geweest: Cut out all these exclamation points…An exclamation point is like laughing at your own joke, zou F. Scott Fitzgerald hebben geschreven (en Martin Amis noemt het arme uitroepteken een joke badge). En pas rond 1970 verscheen het uitroepteken als standaardtoets op typmachines (vóór die tijd: eerst de accenttoets indrukken, dan een spatie terug en een punt typen). Maar de verbanning van het leesteken zoals het Ministerie van Onderwijs voorstaat, gaat veel Britten te ver. “Nonsense! ”, schrijft The Telegraph ,“What a pointless nimrod the education secretary is!” in The Guardian, daarbij goed de nieuwe regel met What in de gaten houdend. The Sunday Times doet het expres zonder die regel en volstaat met een “Cripes! No exclamation allowed!”.

Het is te hopen dat het plaatsje Westword Ho! in het zuidwesten van Engeland weinig
scholen heeft, anders zullen veel leerlingen daar voor hun examens zakken. Westward Ho! (genoemd naar een roman van Charles Kingley uit 1855) is de enige plaats in Engeland met een uitroepteken. Verder heb je nog Hammilton! in Ohio , Saint-Louis-du-Ha!Ha! in
Quebec, Canada en probeert het Tsjechische Ostrava al bijna 10 jaar om zich officieel om te dopen tot Ostrava!!! We houden u op de hoogte van de vorderingen op dit gebied.

Een algemeen aanvaarde theorie over de oorsprong van het uitroepteken is dat middeleeuwse kopiisten sommige zinnen met het Latijnse woord ”io” (vreugde of hoera) beëindigden als lofuiting of bewondering. De o werd wat kleiner en eindigde tenslotte onder de i die zijn uiteindelijk z’n puntje verloor.

Eigenlijk zijn schrijvers helemaal niet zo gek op tekens in teksten. Alsof het alfabet heilig is, en alle toevoegingen in de vorm van leestekens (en/of emoticons) een vorm van heiligschennis zijn. Er is bijvoorbeeld al vaak geprobeerd een ironieteken in te voeren, maar dat is altijd tegengehouden door mensen die menen dat ironie pertinent niet moet worden aangegeven omdat het wezen van ironie nu juist is dat de lezer even moet nadenken of de schrijver iets meent of juist niet. Ironisch is dan wel weer dat in Engelse teksten een uitroepteken tussen haakjes (!) vaak gezien wordt als een ironieteken. De
interrobang (een combinatie van het uitroepteken en het vraagteken): ‽ om een uitroepende vraag aan te geven, heeft het ook nooit echt gehaald.

En datzelfde kan je van uitroeptekens zeggen: in bijna alle schrijfgidsen staat dat het gebruik daarvan in formele, juridische, journalistieke stukken en bijv. wets- en beleidsteksten vermeden moet worden als de pest. Té nadrukkelijk, té persoonlijk, té emotioneel etc. En die (enige) mogelijkheid toch een beetje emotie in een tekst aan te brengen laten de Britten zich niet afnemen. Vandaar de emotionele reacties in de Britse pers. Precies waar het uitroepteken goed van pas komt…

PS:
Ook die … waarmee ik afsloot is een “officieel” leesteken: het beletselteken, in het Engels: ellipsis.

Clarity (6)

In februari 2016 stierf één van de negen rechters van het Hooggerechtshof van de Verenigde Staten: Justice Antonin Scalia, de door Ronald Reagan benoemde, uiterst
conservatieve Republikein. Voorstander van de doodstraf, fel tegenstander van het homo-huwelijk en noem al die dingen maar op waar wij Nederlanders meewarig ons hoofd over schudden. (lees hier verder of voor een uitstekende necrologie in de Amerikaanse pers: hier). Wat de Nederlandse pers niet vermeld, is dat Scalia binnen de Supreme Court één van de grootste voorstanders was van het zgn. Textualism (of ook: Originalism): de “letter van de wet” moet worden gevolgd, en niet de “geest van de wet”. (Lees hier meer over Scalia en Textualism).

Dat rotsvaste geloof in de “letter van de wet” bracht hem echter regelmatig in een intellectuele spagaat waardoor hij zich op gegeven momenten ferm in het kamp van zijn Democratische tegenstanders bevond. Zijn overlijden heeft er bijvoorbeeld misschien voor gezorgd dat Avondale Lockhart het komende decennium achter slot en grendel doorbrengt voor het in bezit hebben van kinderporno.

Wat is het geval? Een federale wet bepaalt dat iedereen die betrapt wordt op het in bezit hebben van kinderporno, een minimumstraf krijgt van 10 jaar áls hij eerder veroordeeld is geweest voor aggravated sexual abuse, sexual abuse, or abusive sexual conduct involving a minor or ward. De aanklagers ontdekten dat meneer Lockhart 8 jaar daarvoor al eens was veroordeeld voor een poging tot verkrachting van zijn (volwassen) vriendin. Lagere rechtbanken waren verdeeld over de cruciale vraag of het zinsdeel involving a minor or ward van toepassing is op alléén het laatste onderdeel (abusive sexual conduct) of op alledrie de
onderdelen. De meer lankmoedige interpretatie ziet involving a minor or ward als een beperkende bijzin die de minimumstraf van 10 jaar alleen stelt voor veroordeelden die minderjarigen seksueel hebben misbruikt. De strikte interpretatie ziet dat zinsdeel als een bepaling over seksueel misbruik per sé. In dat laatste geval zou de minimumstraf óók gelden voor bezitters van kinderporno die in het verleden volwassenen seksueel hebben misbruikt (zoals Lockhart).

In het Supreme Court dreigde even een juridisch gevecht los te barsten over grammatica en al dan niet ontbreken van een komma tussen conduct en involving (wat Lockhart heel wat jaren in de gevangenis zou schelen). Scalia en een aantal van zijn Democratische tegenstanders (waaronder Justice Elena Kegan) vonden dat de wet gelezen hoort te worden als aggravated sexual abuse involving a minor or ward, sexual abuse involving a minor or ward, or abusive sexual conduct involving a minor or ward. Kegan ging zover als een ander voorbeeld te geven: “Imagine a friend told you that she hoped to meet ‘an actor, director, or producer involved with the new Star Wars movie.You would know immediately that she wanted to meet an actor from the Star Wars cast—not an actor in, for example, the latest Zoolander”.

Scalia, normaalgesproken een sterk aanhanger van wat “de wet schrijft” was van oordeel dat juist in deze gevallen de Rule of Lenity toegepast moest worden, een juridische
doctrine die stelt dat onduidelijkheden en ambiguïteit in het strafrecht uitgelegd dienen te worden ten faveure van de aangeklaagde (lees hier). Als de wetgever wil dat iemand
gestraft wordt, is het ook aan de wetgever om met totaal helder en totaal duidelijk
taalgebruik
te beschrijven waarvoor de wetgever iemand wil straffen, was zijn onwrikbare standpunt. Iets dat in de zaak Lockhart vs. United States in zijn ogen duidelijk niet het geval was.

Toen afgelopen november deze zaak voor het Supreme Court werd besproken, leek alles in de richting van Kegan/Scalia c.s. te gaan. Op 1 maart van dit jaar echter, 2 weken na de dood van Scalia, werd met 6-2 in het nadeel van Lockhart besloten (lees hier het finale arrest van de Supreme Court)..

In oktober hadden we het hier over Death by Comma, een zaak uit 1916 (lees hier nog eens) 100 jaar later is een komma nog steeds van doorslaggevend juridische belang…

Clarity (5)

Al eerder hebben wij op deze plaats gewezen op de parol evidence rule (bijvoorbeeld hier nog eens te lezen): in het Anglo-Amerikaanse contractenrecht staat er wat er staat. Het is dus niet de bedoeling dat er via nadere uitleg nog iets wordt toegevoegd dat niet al in het contract staat verwoord, hoe ‘redelijk en billijk’ dit ook moge zijn. Met andere woorden: dat wat geschreven staat (in wet of contract), is heilig. En onder “geschreven” valt ook de
interpunctie.

Op 3 augustus 1916 werd in Engeland de diplomaat Roger David Casement opgehangen wegens hoogverraad, sabotage en spionage. De aanklacht was gebaseerd op de Treason Act uit het jaar 1351: “If a man be adherent to the king’s enemies in his realm giving to them aid and comfort in the realm or elsewhere …”. Althans, dat stond in de aanklacht. Zijn
advocaat probeerde dit in hoger beroep tegen te houden door te stellen dat “…in the realm or elsewhere ..” betekende dat de heer Casement al zijn (vermeende mis)daden écht
elsewhere” (en dus heel erg NIETin the realm”) had gepland en hij dus technisch
onschuldig was. De rechters wilden hier wel eens het naadje van de kous weten en togen naar het Public Record Office om het originele handschrift uit 1351 te onderzoeken.

Onder de microscoop vonden ze daar een vage “virgule” (een voorloper van de komma), zodat de wet zou moeten luiden als “If a man be adherent to the king’s enemies in his realm giving to them aid and comfort in the realm, or elsewhere …”, ofwel met een komma tussen realm en elsewhere. Hetgeen betekende dat het voor de wet niet uitmaakt of Casement zijn daden nu wél of niet binnen de grenzen van het Britse rijk had begaan. Resultaat: de strop! (Dat de beste man ook een fel activist tegen Britse koloniale wandaden in Afrika en Zuid-Amerika, een enthousiast voorstander van de Ierse onafhankelijkheid en bovendien een zeer openlijk homoseksueel was, moet zijn zaak niet veel goeds hebben gedaan, maar dit terzijde…).

En inderdaad: in tegenstelling tot het Nederlands is de Engelse grammaticaregel dat een komma wordt toegevoegd als twee onafhankelijk zinnen tot één zin worden samengevoegd door middel van verbindingswoordjes als and, or, but enz. Voorbeelden:

* He walked all the way home, and he shut the door.
* Should we eat at home, or would you prefer going to a restaurant?
* He is a great swimmer, but he prefers to play golf.

Als de komma (of vooruit: de virgule) inderdaad ontbroken zou hebben in de Traeson Act uit 1351, zou het een “inclusiviteit” hebben betekend, m.a.w. elsewhere in the realm. En niet: “in the realm en overal anders”. Vergelijk bijvoorbeeld de volgende zinnen:
A) I went out to lunch with my boss, the company CEO and a close friend.
B) I went out to lunch with my boss, the company CEO, and a close friend.

In A) ben je met één persoon gaan lunchen (namelijk je baas die een goede vriend is en ook de CEO en in B) was de lunch iets duurder, want met maar liefst drie personen: je baas én de CEO én een goede vriend… Dit fenomeen heet “the Oxford comma” (lees hier meer over die Oxord comma).

Het hoger beroep dat de advocaat van Casement aanvroeg, klinkt dan ook meer als een noodsprong, maar dan wel eentje die in een Civil Law-systeem al bij voorbaat kansloos zou zijn geweest. Het geeft in ieder geval aan dat in Anglo-Amerikaanse rechtspraak geschreven tekst uiterst belangrijk is.

In een eerdere blog (lees hier) beschreven we al eens aan dat de apostrof doden op zijn geweten heeft, nu blijkt dat ook de komma een zaak van leven of dood is! Leestekens? Kijk ervoor uit!! Overigens staat deze zaak zelfs bekend als “Death by comma”.

Is dan álles in de Anglo-Amerikaanse rechtspraak wat geschreven staat in beton gegoten en in graniet gehouwen? Nee, er zijn uitzonderingen. Hierover volgende week meer. Tot dan!