What’s in a word? (29)

Het is een beetje als die discussie rond de figuren die Sinterklaas bijstaan in zijn
omvangrijke takenpakket: de discussie rond juridisch taalgebruik. En dat dat dan
natuurlijk vooral veel begrijpelijker moet worden. Een tijdje terug deed D66-Kamerlid Maarten Groothuizen bijvoorbeeld weer eens een duit in het overvolle zakje . Wat deze keer opviel, echter, was het ontbreken van commentaren en tegenwerpingen van juristen die eerder luidkeels verkondigden dat zoiets “onmogelijk” is en dat vereenvoudiging van
juridisch taalgebruik afbreuk doet aan de juridische accuratesse en nuance.

Misschien beginnen de tegenstanders ook wel in te zien dat het toenemende aantal
initiatieven om Klare Taal te produceren langzaam maar zeker met enige ernst bekeken moeten worden. Recente voorbeelden te over: landelijke en provinciale Klare Taalbokalen, een zojuist gestart onderzoek van het Lectoraat HBO-Rechten van de Hogeschool Arnhem en Nijmegen naar Klare Taalgebruik in rechterlijke uitspraken , opmerkingen in
“Aanwijzingen voor de Regelgeving” waar onder punt 52 staat: “Bepalingen worden zo
beknopt mogelijk geformuleerd. Indien bij het ontwerpen van een bepaling een sluitende, maar ingewikkelde formulering is gevonden, dient steeds te worden nagegaan of het niet eenvoudiger kan. Ook dient men bedacht te zijn op het weglaten van overbodige woorden. Dus bij voorbeeld niet: ‘Het bepaalde in het tweede lid van artikel 5 is van toepassing’, maar: ‘Artikel 5, tweede lid, is van toepassing’ “. Klare (of in ieder geval: Klaardere) Taal komt eraan!

Accuratesse en nuance is sowieso al niet makkelijk. Onlangs kregen we van een van onze cursisten de vraag of plaintiff inderdaad het goede woord was voor het Nederlandse “eiser”. Dat was het inderdaad… Maar met de nadruk op WAS. In april 1999 namelijk is in het Engelse recht met de Civil Procedure Rules dit woord veranderd in claimant. In het Amerikaanse recht houdt men vast aan plaintiff. Niet dat de Britten nu onmiddellijk in
verwarring zullen raken als u plaintiff schrijft, maar verwacht wordt dat dit woord steeds meer in onbruik zal raken. Overigens is een eiser in een echtscheidingszaak dan weer (zowel in Engeland als in Amerika): een petitioner.

Diezelfde Civil Procedure Rules heeft ervoor gezorgd dat een “dagvaarding” ook geen
summons of writ meer heet, maar claim form. De Nederlandse dagvaarding heeft een formeler karakter dan de Engelse claim forms: standaardformulieren die zijn te raadplegen via www.justice.gov.uk. Dat is anders dan in Nederland waar de dagvaarding door een deurwaarder (inderdaad: de bailiff) wordt betekend. Een writ of summons, dat je ook wel ziet als vertaling, is écht het document zelf, en daarom wellicht (ook al door de
medewerking van de deurwaarder) het beste te vertalen als “exploot”.

So much for accuratesse… En die nuance dan?. De vertalers van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht (The Dutch Penal Code, Louise Rayar & Stafford Wadsworth. Littleton,
Colorado: Fred B. Rothman & Co, 1997) stuitten geregeld op de in dat Wetboek vaak voorkomende term “de voor de nachtrust bestemde tijd” en vertaalden dat simpelweg met during the nighttime.

Black’s Law Dictionary zegt hierover: period between sunset and sunrise of thirty minutes
after sunset and thirty minutes before sunrise
. Het Engelse strafrecht heeft een aantal (!)
andere omschrijvingen. Een ‘nachtelijke’ inbraak is een actie tussen tussen negen uur ‘s avonds en zes uur ‘s ochtends (Criminal Law Consolidation Acts 1861, 24 & 25 Vict.). Nachtelijke stroperij daarentegen vindt plaats tussen één uur na zonsondergang en één uur voor zonsopgang (Night Poaching Act 1828). En voor de Engelse douane geldt als nacht de periode tussen elf uur ’s avonds en vijf uur ’s ochtends (Customs and Exise Management Act 1979, s1(1)). Misschien iets om rekening mee te houden, na de Brexit?

Niet alleen dus kunnen “gewone” woorden een andere juridische betekenis hebben (of zelf verschillende betekenissen: zie “nacht”), maar als je na veel moite eindelijk weet wat bepaalde
“juridische” woorden betekenen, dan veranderen ze het woord (summons – claim form)! Het blijft opletten…

Clarity (24)

Mike Pompeo. IJzervreter. West Point. Captain in het 4th Infantry Division. Oud-directeur van de CIA en tegenwoordig minister van Buitenlandse Zaken onder Trump. Kortom, een man die in staat moet worden geacht eigenhandig Vrede op Aarde te brengen. En volgens hem kan dat niet anders dan met een juist gebruik van komma’s: The Secretary has
underscored the need for appropriate use of comma’s in his paper (both their inclusion and omission), mailde hij in de afgelopen weken.

Comma Mike, zoals hij nu af en toe in wandelgangen wordt genoemd, is een aanhanger van de Chicago Manual of Style, (of: CMOS) die stelt dat effective use of the comma involves good judgment, with the goal being ease of reading.

Natuurlijk pikten “de media” dit direct op en werden Pompeo’s oekazes hier en daar belachelijk gemaakt. Zie bijv. dit nieuwsbericht van Usual Suspect Numero Uno, CNN.  Maar Mike heeft natuurlijk wel een beetje gelijk. Zoals we al eerder in deze blog hebben gezien, kan een komma soms miljoenen dollars schelen.  Of anders kán een komma levens redden of juist kosten.

Daarbij vergeleken is het foutieve gebruik van de komma in bijv. The administration is
committed to achieving a lasting and comprehensive peace agreement, and remains
optimistic that progress can be made
(want het Subject in beide zinnen is hetzelfde, namelijk: The administration. Zo niet: gebruik een komma vóór woordjes als and, but enz,) klein bier. De CMOS zegt: When independent clauses are joined by andbutorsoyet, or any other coordinating conjunction, a comma usually precedes the conjunction.

De miljoenen kostende en levensbedreigende Oxford comma is een andere zaak. Volgens berichten van het State Departement is het al dan niet juist gebruiken van die Oxford comma een jaarlijks terugkerende traditie tijdens functioneringsgesprekken. Volgens diezelfde bronnen “wint” dan meestal de Oxford comma.

Echter, de CMOS is maar één stijlgids (hoewel tamelijk gezaghebbend, natuurlijk). De
uitstekende Penguingids How to Punctate is een andere. In de leestekenspikorde staat de komma met een straatlengte voor: maar liefst 54 blz. wijdt How to Punctuate aan de komma. Vergelijk de 15 pagina’s over de punt (.) en de 16 bladzijden over de dubbele punt (:). Waar het eigenlijk op neer komt, is het volgende (volgens How to Punctuate dan): In some cases do this, but in others do that, it’s all a matter of editorial judgement. Zelfs het CMOS is het daar eigenlijk mee eens: zet een komma wanneer je wilt dat de lezer een
rustpunt in de zin verwacht. Zo simpel is het eigenlijk. (NB. Het CMOS zegt zélf dat If the clauses are very short and closely connected, the comma may be omitted unless the clauses are part of a series. De vraag rijst dan weer onmiddellijk wat very short is… en zo kunnen we weer van voren af aan beginnen).

Eigenlijk een beetje zoals in het Nederlands, dus. Met één belangrijke uitzondering: als je in het Engels een zin NIET laat beginnen met het grammaticale onderwerp (Subject), zet dan ALTIJD een komma vóór het onderwerp (bijv. Yesterday, I bought a new television). Dit
omdat iedere afwijking van de “normale” zinsopbouw (I bought a new television yesterday: SVOMPT: Subject-Verb-Object-Manner-Place-Time, lees bijv, hier) Engelstalige lezers een beetje in verwarring brengt, en dus een fractie van een seconde nodig hebben om “even tot rust te komen om te zien hoe alles in elkaar zit”. Vandaar die komma.

Het Nederlands kent dat niet. Als je een zin NIET met het Subject laat beginnen, krijg je in het Nederlands gewoon inversie (het omdraaien van Onderwerp en Werkwoord: Ik kocht gisteren een televisie – Gisteren kocht ik een televisie). En dat is voor lezers van het Nederlands een goed genoeg teken voor een “ongewone” rest van de zin. Vandaar géén komma.

Na z’n carrière in het leger, overigens, ging Pompeo in 1994 rechten studeren. Hij was
tijdens zijn studie één van de redacteuren van de Harvard Journal of Law & Public Policy en de Harvard Law Review. Vervolgens ging hij als advocaat aan de slag bij Williams & Connolly. Zijn interesse in komma’s komt dus niet uit de lucht vallen. Maar of Pompeo ook zijn baas kan overtuigen van het belang van grammaticale regels is nog eventjes de vraag…

Nog niet genoeg over komma’s? Doe de Engelse Comma Quiz. Hier te vinden. Veel plezier!!

What’s in a language? (34)

Even iets heel anders, deze week. Een verzuchting. Kan het namelijk eens een keertje ophouden met die Britse “beleefdheid” en, nu we toch aan het verzuchten zijn, met die Nederlandse “directheid”?

Niet alleen blijf je maar lezen over zgn. “cultuurverschillen” over en weer, maar nog veel erger is dat zowel de Britten als de Nederlanders heel erg hun best doen om die bijna mythische verschillen tussen beide “culturen” in stand te houden. Wee je gebeente als je als Brit niet beleefd bent: de speaker (voorzitter, zo u wilt), John Bercow, riep deze week
tijdens weer eens zo’n Brexit-debatje het Lagerhuis tot orde dat er ‘bezoekers uit het buitenland’ (oei!!) op de tribune zaten, en of de geachte afgevaardigden daarom een beetje hun best wilden doen zich te gedragen en konden ophouden met dat geschreeuw naar de prime minister.

En wee je gebeente als je als Nederlander nu eens niet “direct” bent en met enige omhaal van woorden voorzichtig bent om te zeggen wat jij ervan vindt. Dat is wel erg “niet-Nederlands”, want “wij zeggen wat we doen en doen wat wij zeggen” (of andersom, weet ik veel). Landverraders, als we dat niet doen! (of zeggen…).

Tientallen verklaringen worden er afgegeven waarom Engelsen zo beleefd zijn en waarom Nederlanders zo direct. Of (afhankelijk van het standpunt van de spreker) waarom
Engelsen zo aalglad zijn en nooit zeggen waar het op staat, of Nederlands zo bot en
onbeleefd. Want daar komen die “cultuurverschillen” vaak op neer: frustratie en onbegrip. En jezelf op een hoger niveau plaatsen. En daarbij ook nog eens trots zijn op die eventuele negativiteiten (resp. bot en onbeleefd versus indirect en ridicuul vormelijk). Geuzenacties.

Haal ze allemaal maar van stal: “Directheid is een hogere vorm van democratie”, “Nederlanders hadden geleerd om hun eigen boontjes te doppen, deels kwam dat voort uit de strijd tegen het water”, “het Protestantisme heeft de ideologie van gelijkheid”,
“Nederlanders hoefden nooit bang te zijn voor machthebbers, dus konden ze zeggen wat ze wilden”, etc. etc. “Beleefdheid is een hogere vorm van samenleven”, “Indirectheid omzeilt (in eerste instantie) het Britse klassensysteem”, “Indirectheid en beleefde
omgangsvormen zorgen voor een meer conflictloze samenleving”, etc. etc. Ik weet zeker dat u binnen 10 minuten op nog meer van die verklaringen kan komen (voor de
fantasielozen: lees nog even dit artikel uit Trouw).

Versimpel het eens. Taal? Het Engels kent bijvoorbeeld geen “u” en “jij”, het is altijd: you. Maar alle talen en culturen hebben een manier om “standsverschillen”, dan wel vormen van respect, achting enz. uit te drukken. Als je geen u/jij-verschil hebt, moet dat dan wel op een andere manier. En dus wordt het (enigszins gechargeerd): Could you possibly be so kind as to spare a moment of your time to open that window, please? ipv. “Kunt u dat raam even opendoen?”. Waarbij dat “even” overigens al weer een erg ‘beleefd’ woordje is, waar niet echt een Engelse vertaling voor is. What do you want to drink?, uitgesproken door een
Nederlander,  schijnt vaak een superonbeleefde bottleneck te zijn voor een native speaker Engels. Terwijl dat toch gewoon de letterlijke vertaling is van “Wat wilt u drinken?”. Alleen, het is een vertaling zonder kennis van Engelstalige omgangsvormen. En jammer… die “u” verlies je dan inderdaad in het Engels.

Ik wil maar zeggen: Engelstaligen vinden Nederlanders voornamelijk bot en onbeleefd als die Nederlanders Engels proberen te spreken. Nederlanders vinden Engelsen voornamelijk indirect en onbetrouwbaar als ze Engels spreken.

Hoewel uiterst vermakelijk, zou ik ze met een Grote Korrel Zout/a Large Grain of Salt
nemen: die uitlegtabel uit The Telegraph van even geleden van wat Engelstaligen zeggen en bedoelen en wat niet-Engelstaligen denken dat ze bedoelen  of de “nuance-quiz” over Engelstalige omgangsvormen.

Om Bill Clinton te parafraseren: It’s the language, stupid!. Goed…, uitverzucht nu.

Clarity (23)

We kunnen nu wel met z’n allen doen alsof Engels dé taal is waarin internationale
contracten en overeenkomsten worden opgesteld (en vervolgens: getekend), de
werkelijkheid is toch een beetje weerbarstiger. Volgens Werner Melis , het hoofd van de Oostenrijkse tak van het International Court of Arbitration: As an administrator of
international arbitrations, I am always surprised to see how many arbitration clauses are pathological, to an extent that there is a great risk that a court might consider them invalid. In my experience, almost 50 per cent of the clauses submitted before our Centre are to a
certain degree defective
(hier te lezen). Een groot gedeelte van die almost 50 per cent ligt,
zijns inziens, aan het Engels (of, gezien Frans de andere officiële taal van van het ICA is, het Frans, maar… enz.).

De bedoeling van het International Court of Arbitration is natuurlijk om geschillen bij te leggen, niet om nieuwe geschillen na een uitspraak te laten ontstaan. Als voorbeeld kan ik hier geven dat het ICC Hof voor Arbitrage (zoals het International Court of Arbitration in Nederland heet) in 1990 in een uitspraak schreef: The Board of Arbitration shall take as base the provisions of this Contract and Turkish Laws in force (zoals was afgesproken tussen een Fins en een Turks bedrijf). Alleen kwamen de Finnen er pas na de uitspraak achter dat de Turkish Laws (meervoud) uitgelegd waren als zijnde betrekking hebbend op zowel
materieel recht alsmede procesrecht. En dat was nou juist niet weer de bedoeling, met een nieuw (maar nu “echt”) proces als gevolg.

Het staat de partijen in internationale arbitratie vrij om een taal te kiezen (en de gekozen taal heeft dan natuurlijk ook invloed op de gekozen rechters, het gekozen (lands)recht etc.), maar Engels voert natuurlijk de boventoon.  Het Hof van Arbitrage staat onder leiding van het ICC, de International Chamber of Commerce. Het ICC heeft meer dan 6 miljoen leden in meer dan 100 landen. En hoewel de meeste van die landen een vertaling van de regels hebben op hun website (bijv. hier voor de Nederlandse) blijft het bij een vertaling. Gezaghebbend (dwz. wettelijk-bindend) in internationale arbitratie blijft alléén de Engelse versie (en, vooruit dan maar: de Franse, dus).

Dat is misschien niet zo moeilijk in “alledaags” Engels (hoewel Finnen en Turken daar wellicht anders over denken) maar, vooral gezien de financiële belangen en consequenties, kan dat voor “juridisch” Engels verstrekkende gevolgen hebben. Vertalers worden daarom altijd aangeraden om juridische terminologie (de zgn. Terms of Art) zo neutraal mogelijk te vertalen met altijd de juridische concepten van de brontaal (= de te vertalen taal) in gedachten. Als dat niet mogelijk is, dan het originele woord in de brontaal tussen haakjes te laten staan.

Een stuk ingewikkelder nog, ligt het bij woorden die, binnen één en dezelfde taal (Engels, voor het gemak) in een “juridische context” een andere betekenis hebben dan in een “alledaagse context”. Het Engelse woord shall is hier weer een goed voorbeeld. Voor
moedertaal Engelssprekenden met een juridische achtergrond is shall niet ambigu; het betekent een bindende verplichting (an obligation). Voor moedertaal Engelssprekenden  zónder juridische achtergrond echter, is shall een toekomende tijd. Volgens common law-regels spreekt een wet, een contract, een overeenkomst etc. alléén in de tegenwoordige tijd. Verleden en toekomende tijden kunnen in principe niet worden gebruikt. Heel anders dus dan civil law-gewoontes. Het Spaans heeft hier een mooie oplossing voor: de futuro legislativo, maar andere talen helaas weer niet.

Dit alles om te laten zien het ene woord of het ene ‘concept’ niet zo maar één-op-één naar een andere taal valt om te zetten. Een, in ongetwijfeld alle onschuld, opgeschreven meervoudsvorm (law tegenover lawS) kán een heel andere betekenis hebben; shall kán (zelfs binnen één en dezelfde taal) een andere betekenis hebben; in sommige talen bestaat er een groot verschil tussen mannelijke en vrouwelijke woorden; in weer andere talen en zo zijn er nog tientallen andere voorbeelden te geven.

“Lees maar, er staat niet wat er staat”, schreef de dichter Martinus Nijhoff in 1934.

What’s in a language? (33)

Eén van de belangrijkste dingen bij het schrijven is proeflezen. Jammer alleen dat het tegelijkertijd ook één van de vervelendste dingen is. Op het moment dat u (al dan niet met pijn en moeite) klaar bent met schrijven, wordt u gedwongen het hele ding nog eens te lezen… Dit is vervelend in het Nederlands, maar misschien nog wel vervelender in het
Engels; bepaalde zinnen of werkwoord vervoegingen of wat dan ook waar u tóch al over twijfelde, worden in uw hersenpan alleen maar twijfelachtiger. Het natuurlijke gevoel dat u heeft bij het schrijven van Nederlandse stukken, ontbreekt als u zich in het Engels moet
uitdrukken.

Toch zijn er bepaalde punten waar u tijdens het proeflezen redelijk eenvoudig op kunt
letten. Neem nu eens de volgende drie punten waarop u kunt letten als u de eerstvolgende keer een Engelstalige tekst (of dit nu een e-mail is of een Memorandum of Advice)
proefleest. Na een paar keer een tekst alleen op deze drie punten te hebben proefgelezen, zult u merken dat u deze dingen de volgende keer bijna automatisch goed gaat doen.

1. Of
Laat een intern alarmbelletje afgaan als u het woordje of tegenkomt bij het proeflezen. Erg vaak kan dit vervangen door een ‘s. Het maakt een zin korter, makkelijker leesbaar en het komt niet zo snel over als een zin die is geschreven door een niet-Engelstalige. Dus in plaats van We have terminated the contract of Mr Peek, kunt u beter schrijven: We have
terminated Mr Peek’s contract.
In plaats van: We would like to draw your attention to the final paragraph of the letter of our client schrijf: […] to the final paragraph of our client’s letter. In plaats van You can file for bankruptcy of your debtor schrijf:  You can file for your debtor’s bankruptcy (nóg beter zou overigens zijn: You can petition a court to declare a debtor
bankrupt
…). Ook kunt u vaak beter most schrijven in plaats van: the majority of en several in plaats van: a number of. Lees hier verder.

2. Have
Laat hetzelfde belletje rinkelen als u ergens have/has gebruikt als hulpwerkwoord. En al helemaal als u in dezelfde zin een exacte tijdsaanduiding gebruikt. Ik weet wel dat het
Nederlands het niet zo nauw neemt als u schrijft: “In 2017 hebben wij het contract met de heer Peek beëindigd”, of “In 2017 beëindigden wij het contract met de heer Peek”, maar het Engels heeft minder scrupules: als er een precieze tijdsaanduiding wordt gegeven, gebruikt het Engels altijd de Past Simple, ofwel: We terminated Mr Peek’s contract in 2017, en dus nooit: We have terminated Mr Peek’s contract in 2017. U zou natuurlijk op nog veel meer
andere dingen kunnen letten als u have als hulpwerkwoord gebruikt, maar laten we rustig beginnen: tijdsaanduiding = gebruik Past Simple. In 2012, Dutch statutory law governing the (incorporation of the) B.V. has changed significantly is simpelweg: In 2012, [….] changed
significantly,
zonder has. (Waarbij aangetekend dient te worden dat de woordvolgorde Dutch statutory law governing the (incorporation of the) B.V. changed significantly in 2012 waarschijnlijk nog beter is, maar daarover een volgende keer).

3. There is…/ there are…
Maak van het alarmbelletje een luchtalarmsirene als u in uw tekst zinnen heeft laten
beginnen met There is of There are. Dit mag acceptabel zijn op vrijdagavonden als u tijdens een borrel een grappig verhaal vertelt, op papier maakt dit zinnen onduidelijk (in
betekenis, in woordvolgorde, in begrip bij lezers, waar dan ook). Als u geschreven heeft: There are three ways we can think of this, of iets dergelijks) maak daar dan gewoon van: We can think of this in three ways. Lees hier verder waarom en hoe. Overigens geldt dit, in iets minder serieuze mate, ook voor het Nederlands…

Ik wil hier best nog wel eens een keertje de wijd open deur van “Gebruik uw Spellchecker” nog wat wijder opentrappen (nog steeds spectaculair veel mensen verzuimen die spelcheck te gebruiken…). En op de ietsjes minder wijd open deur wijzen dat er een Amerikaans-Engelse en een Brits-Engelse spellchecker bestaat, maar we hopen dat u de komende maand op deze drie puntjes gaat letten. Over een maand of wat kom ik met nog eens drie van die puntjes. Beetje bij beetje, stukje voor stukje…

PS:
Ik proeflees deze blogs zelf ongeveer 2 of 3 keer, en nog steeds blijven er soms foutjes staan. Als u die ziet, laat me dat per ommegaande weten, alstublieft!

Clarity (22)

Zo maar vier willekeurige zinnen uit Voorbereidende Schrijftaken (pre-Course Tasks) die Nederlandse juristen recentelijk schreven als voorbereiding op een training Legal English Writing Skills:

  • Since 2009 I am working as a lawyer at (…) Advocaten en Notarissen.
  • Since this was over ten years ago, I can’t remember what the exact contents were.
  • Since I was ill at that time, I did not put much effort into…
  • An earlier termination of the purchase relationship between X and Y will lead to X’s
    bankruptcy since X will no longer have a sufficient source of income.

Nederlanders hebben een vreemde voorkeur voor het Engels woordje since. Geen idee waarom. Of liever gezegd: ik héb wel een idee, en dat idee is dat Nederlanders dat since wel “lekker Engels” vinden klinken. En dat klopt ook wel want technisch-grammaticaal is het gebruik van het woordje since in alle bovenstaande zinnen goed.

Nou ja, goed? Met de aantekening dat dan weer de werkwoordsvorm am working (ook al weer iets dat “lekker Engels” klinkt!) in het eerste zinnetje moet zijn: have been working of have worked, want daar gaat het over een actie uit het verleden die tot op het heden
voortduurt (de Present Perfect, zoals hier en hier besproken). Daarnaast valt er (in de voorbeeldzinnen 1, 2 en 3) in het licht van SVOMPT, ook wel wat te zeggen over de plaats van de bijzinnen/bijwoordelijke bepalingen. T staat voor Tijdsbepaling, en die komt het liefst aan het einde van de zin. En ja, dan moet je een zin beginnen met I/Ik, maar een verbod daarop is sowieso je reinste flauwekul (zie hier).

Since is een ambivalent woord en kan “sinds”, “sedert”, “vanaf het moment dat…”
betekenen, maar kan ook de betekenis hebben van “omdat”. Normaalgesproken zal een gemiddelde Engelstalige door de context waarin dat woord staat, geen enkele moeite hebben met de betekenis van dat woord, maar juist omdat er in de voorbeeldzinnen 2-4 sprake is van een tijdsbepaling (resp. over ten years ago, at that time en earlier), kan er even verwarring ontstaan. Heel even maar, maar genoeg om die zin nóg een keertje te lezen, en dat is natuurlijk niet de bedoeling.

Gebruik daarom liever gewoon because of as (of zelfs: for) als je een reden aan wil geven. Maar daarmee zijn we er nog niet helemaal… er schijnen namelijk subtiele verschillen te zijn tussen because en as. Behalve dat as een veel formelere vorm van because is,
geeft because volgens veel commentatoren (waaronder Bryan Garner in Garner’s Modern English Usage) namelijk een “meer causaal verband” aan als as: In the causal sense, “as” should generally be avoided because (not as!) it may be understood as having its more usual meaning “while,” especially when it is placed anywhere but at the beginning of the sentence.

En ook for in plaats van because (al meer dan 1.000 jaar in gebruik, dwz. veel langer dan
because) heeft zo z’n nadelen. Want dán kan je namelijk weer in de war komen met since. Since gebruik je namelijk als de starttijd is gegeven (four o’clock, last Wednesday, 2015, etc.) en for als een periode bekend is (ten minutes, three days, two years, etc). Klik hier voor een leuke oefening daarmee.

Advies? Since legt een causaal verband en kan je gebruiken als je wilt dat dat causale
verband niet ál te overduidelijk is. Om misverstanden te voorkomen, echter, niet gebruiken als je iets van een tijdsaanduiding geeft in je zin (zoals voorbeelden 2, 3 en 4 hierboven. As geeft in het algemeen geen problemen, maar komt erg formeel over. Als je twijfelt is
because altijd te gebruiken.

Altijd? Kenneth A. Adams schrijft in zijn hier al vaak geciteerde A Manual of Style for
Contract Drafting
het volgende: Because contracts serve only to regulate conduct and state facts, drafters should be cautious about words associated primarily with expository ,
narrative and persuasive prose – words such as therefore, because and furthermore. So, whenever you use ‘because’ in a contract, consider being specific regarding the type of
causation required.

En zo is het altijd wel weer wat…

Plain English (20)

Vorige week schreven wij dat je de woorden jointly and severally (voor het Nederlandse “hoofdelijk”) in contracten makkelijk (d.w.z. zonder juridische consequenties) kan
vervangen door meer begrijpelijke woorden zoals bijv. together and seperately . Veel mensen denken dat het bij Plain English (of Klare Taal in het Nederlands) hierom draait: het vervangen van “moeilijke” woorden door woorden die iedereen (zogenaamd) begrijpt. Als dat het geval zou zijn, dan is het makkelijk zat…

De Canadese psychologen Masson en Waldron onderzochten hoe contracten met niet-juridisch onderlegd publiek (zoals hypotheekaktes e.d.) leesbaarder, of in ieder geval,
begrijpelijker gemaakt konden worden. Hun bevindingen kunt u lezen in hun artikel
Comprehension of Legal Contracts by Non-Experts: Effectiveness of Plain Language
Redrafting
, in het tijdschrift Applied Cognitive Psychology.

Masson en Waldron gebruikten vier juridische documenten: 1) het originele document, 2) als nr. 1 waar alle archaïsche woorden (bijv. hereinafter, etc.) uit verdwenen waren, 3) als nr. 2 maar dan waar lange zinnen in kortere zinnen werden opgeknipt, de passieve vorm werd veranderd in een actieve vorm, moeilijke woorden werden vervangen door
eenvoudigere en referenties naar de contractpartijen (mortgagor, morgagee etc.) werden vervangen door you en we, en 4) als nr. 3 maar dan met een uitleg van de juridische
terminologie. Het begrip van de lezers (allen leken op dit gebied) werd getest door de leestijd te meten, door zowel open als meerkeuzevragen te stellen en door lezers te vragen sommige alinea’s in eigen woorden te parafraseren.

Het is waarschijnlijk niet verrassend dat met name Versie 3 voor de lezers een stuk
begrijpelijker was. Echter, hoevéél begrijpelijker viel de onderzoekers tegen. Versie 4 (met uitleg over juridische begrippen) zou voor nóg meer begrip moeten hebben leiden, maar de onderzoeksresultaten van Versie 4 wijken nauwelijks af van Versie 3. Evenmin als het (te verwachten verbeterde) begrip van Versie 2 t.o.v. Versie 1.

Het gaat dus niet alléén over (archaïsche) woorden die je zou kunnen vervangen, of niet
alléén de juridische concepten die je zou kunnen uitleggen. En hoewel Versie 3 als de meest begrijpelijke uit de bus kwam, weten we nog steeds niet wélk specifiek aspect deze versie nu zo begrijpelijker maakt; zijn het de kortere zinnen?; is het de actieve schrijfstijl? of is het de meer persoonlijke schrijfstijl?

Masson en Waldron schrijven bovendien dat er (nog) geen onderzoek is gedaan naar in
hoeverre de “uiterlijkheid” van een tekst de begrijpelijkheid kan beïnvloeden. Ze verwachten dat dingen als typografie, lay-out, lettertype en -grootte, indeling in korte hoofdstukjes met titels, etc. etc. de begrijpelijkheid flink kunnen doen toenemen.

De belangrijkste conclusie uit dit onderzoek is m.i. dat je er met het gebruik van
Plain English/Klare Taal nog (lang) niet bent, hoeveel woorden je ook vervangt, hoeveel
actieve en persoonlijke schrijfstijlen je ook toepast, en hoe overzichtelijk en duidelijk een contract er ook uit mag zien: However much of law’s inaccessible nature may be explained by obscurantism, not all of it melts away in the face of plain language […]. It is possible that legal concepts are difficult to understand because, even when explained in plain language, they are complex or because they are in conflict with folk theories of the law. Lay people may rely on inaccurate prior knowledge of the law or on their own intuition about justice, which frequently does not reflect the legal reality.

PS.
Op veler verzoek hebben we nu een zoekfunctie in deze blog ingebouwd. Aan de rechterkant van uw scherm kunt u nu op steekwoorden zoeken in alle eerdere blogs (met deze meegeteld: 160). Dus als u nog eens iets wil lezen over het taalgebruik van Amerikaanse opperrechters: typ dan (bij Zoek onderwerpen) even “supreme court” (o.i.d.). Over het Engels van  Brett Kavanaugh hebben we het (nog) niet gehad, maar die is dan ook (nog) geen opperrechter.

What’s in a word? (28)

Je ziet het, vooral in contracten, nog regelmatig voorbijkomen: In the event of
non-compliance with the provisions of this Article they shall be jointly and severally
responsible/liable
(etc). Een eenvoudige Google-search zegt dat joint and several, of nog ernstiger: jointly and severally in 90% van de gevallen als “hoofdelijk” wordt vertaald. In de overige 10% als “gezamenlijk en afzonderlijk”, of ook wel als “gezamenlijk en hoofdelijk”. (De officiële Nederlandse vertaling van de Europese wet- en regelgeving geeft alleen maar “hoofdelijk”).

Het resultaat van al dat ge-jointly-and-severally is (zoals gewoonlijk) dat advocaten vaak denken dat dit een zgn. juridische Term of Art is, en dat daar dus geen ‘gewone’ woorden voor te vinden zijn. Dat is echter niet waar.

De Oxford English Dictionary omschrijft jointly als together, in common, shared by, common to two or more. Hoewel het in “gewoon” Engels een redelijk bekend, maar “deftig”, woord is, zou het woord together wellicht bekender zijn en daarom beter kunnen worden
gebruikt. Bovendien stelde het Engelse High Court of Justice in Kidson v Macdonald in 1973 al over het woord jointly: jointly is not to be construed as a term of art in English law but to be given its ordinary meaning, viz. ‘concurrently’ or ‘in common’.

Het woord several is iets verwarrender en daarom problematischer. Het komt van het (middeleeuws-) Latijnse woord ‘severalis’ wat op zich weer afstamt van ‘separ’, wat
‘verschillend, apart’ betekent, vgl. het Engelse seperate. Met andere woorden: het woord several in “joint and several”, heeft de juridische betekenis van wat, in het alledaagse
Engels eigenlijk seperate betekent. Volgens Bryan Garner (in zijn A Dictionary of Modern
Legal Usage)
is using ‘several’ for ‘separate’ an archaism of Shakespearian vintage that has survived only in legal language.

Is het dan toch nodig om jointly and severally te gebruiken? Het boek A practible treatise on the law of covenants van Thomas Platt uit 1829 citeert al uit de zaak May v. Woodward uit het jaar 1677 (!) dat de woorden “for themselves and every of them” are sufficient to give the legal effect of “joint and several”.  Er zijn verder meer dan genoeg (High Court of Justice)
uitspraken te vinden dat severally eigenlijk separately betekent (bijv. Keightley v Watson, 1849)

Het meest gezaghebbende standaardwerk op het gebied van (Amerikaans) contractrecht, de Restatement (Second) of Contracts zegt dat the distinction between ‘joint’ and ’several’ is primarily remedial and procedural. Ook Kenneth Adams zet in zijn, hier al eerder
aangehaalde, A Manuel of Style for Contract Drafting vraagtekens bij jointly and severally. Kort en goed zegt hij dat het overbodig is, en eigenlijk alleen maar goed om partijen bij het tekenen van een contract op hun gerust te stellen met een jointly and severally. “It wouldn’t hurt” in zijn eigen bewoordingen…

Er zijn overigens natuurlijk ook best wel andere bewoordingen te vinden voor jointly and severally. Je kan together of collectively gebruiken voor jointly. Voor severally kan je
separately, alone of each of them gebruiken. Of, als je huiverig bent voor de eventuele
juridische gevolgen van het veranderen van al zo lang gebruikte woorden (waar, ik herhaal het nog maar eens een keer, geen enkele reden voor is!), dan kan je together and separately schrijven met daarachter tussen haakjes: (this is known as ‘jointly and severally’). Deze
mogelijkheid zie je steeds vaker in de Engelstalige contractenwereld.

Alles bij elkaar blijft het natuurlijk de vraag hoe belangrijk die severally nu eigenlijk is.
Juridisch veelzeggend is het dat 90% van de in het Nederlands vertaalde severally’s in de vertaling gewoon verdwijnen…

What’s in a language? (32)

Vandaag delen wij een oefening die wij (bijna) altijd gebruiken in onze trainingen Contract Drafting-Best Practices. De taal die in contracten wordt gebruikt, kan in 10 categorieën
worden verdeeld. Op het moment dat je gewend bent aan die categorieën, wordt het
routine om jezelf aan te leren welke categorie je moet gebruiken bij welke bepalingen. Het maakt het leven van de lezer een stuk makkelijker als de schrijver van een contract bij iedere categorie een apart werkwoord, werkwoordconjugatie of werkwoordconstructie, gebruikt. Bovendien helpt deze benadering de schrijver bij het “framen” van iedere
bepaling. En last, but not least: het vergroot de duidelijkheid en verkleint dus het risico op (juridische) onenigheid.

1. The language of agreement: used to indicate that parties state that they agree with specified contract language. Should be used only once in a contract.

2. The language of performance: used to express actions accomplished by means of
signing the contract. Usually expressed though use of the present tense.

3. The language of obligation: used to state any duty that the contact imposes on one or more of the parties. Usually expressed through ‘shall’ or ‘must’ e.g. The indemnified party must/shall notify the indemnifying party of any claim by a third party. Conditions can also be used to express obligations. NB: use ‘shall’ only to mean: has a duty to.

4. The language of discretion: language stating that a party has the discretion to take or not to take a specified action. Usually expressed through use of ‘may’ or ‘is entitled to’.

5. The language of prohibition: language which specifies what a contract prohibits the parties from doing. Usually expressed through ‘shall not’, ‘must not’ or ‘may not

6. The language of policy: used to express the rules that parties must observe, to state rules that govern something, to address the scope, meaning or duration of a contact (or part of). This is usually expressed through use of the present tense OR ‘will‘ if the policy
relates to future events that might not take place.

7. The language of expressing conditions: used to express future and uncertain events or circumstances on which the existence of some particular legal relation depends. Usually expressed through use of the 0 and 1st conditional.

8. The language of declaration: used to declare facts by means of verbs of speaking e.g. state, acknowledge, etc. Usually expressed through use of the present tense.

9. The language of belief: used when the parties rely on, for example the court to establish certain aspects of the contract e.g. The parties believe that the agreement complies with the law. Their belief in a certain legal position, does not make it so. The court will have to make the determination.

10. The language of intention: used when the parties cannot establish certain facts. They agree to use an independent contractor and they intend for the contractor to be an
independent contractor, but the status of this person would be determined by the courts should it become disputed. Usually expressed through the present tense of ’intend’.

We dagen u uit om uw Engelstalige contracten eens op deze manier op te stellen, of om te kijken of uw eerder geschreven Engelstalige contracten ook zo zijn opgesteld. Als u weet in welke categorie een bepaling valt, kies dan het juiste werkwoord of de juiste werkwoordverbuiging. Veel succes!!

(Met dank aan: Kenneth A. Adams: A Manual of Style for Contract Drafting).

Plain English (19)

“Ingewikkelde causaliteit kun je niet op de hurken uitleggen. Ik zeg het met nadruk omdat het onder juristen en politici tegenwoordig hip is om aan te dringen op Klare Taal in de rechtszaal. Jurisprudentie op vmbo-niveau oogt sympathiek, maar om de filosoof Wittgenstein te parafraseren: de grenzen van onze taal zijn de grenzen van ons begrip. Die zijn met filmpjes en Klare Taal snel bereikt. Het is een gevaarlijk duo”, aldus Harald Merckelbach, hoogleraar rechtspsychologie aan de Universiteit Maastricht in de NRC.

Huh…? Waar komt dat ineens vandaan? Nog even afgezien van wat er dan wel geWittgenstein-parafraseerd wordt, ging de column over het (niet moeilijk te manipuleren) gebruik van beeldmateriaal in rechtszaken, maar in de laatste alinea komt een plotse uithaal naar Klare Taal, door Merkelbach gedefinieerd als “jurisprudentie op vmbo-niveau”. Diepe zucht.

Wat mij betreft spreken ze bij de familie Merkelbach thuis Kawésqar met z’n allen, moeten ze zelf weten, maar in de rechtszaal dient men toch heus een taal te bezigen die begrepen wordt. Of anders moet dat minstens geprobeerd worden…,. Het gaat om het PUBLIEK (of dat nu vmbo’ers zijn of niet). Met andere woorden: voor wie is de geschreven/gesproken boodschap bedoeld?

In Engelstalige landen (en met name in de USA en Australië) zijn ze al zeker 40 jaar bezig met het herschrijven van juridische teksten (wetten, regelgeving, contracten etc.) in Plain English, het equivalent van Klare Taal. Of het nu gaat om het Commity for Drafting and
Editing Court Rules
, het hertalen van de Federal Rules of Civil Procedure (FRCP), of het
begrijpelijker maken van hypotheekaktes, overal is men ermee bezig.

Misschien komt de interesse in Klare Taal/Plain English in Engelstalige landen ook wel
doordat “de gewone burger” (de vmbo’er?), in ieder geval in theorie, veel meer met de rechtsgang te maken heeft. Neem nu bijv. de jury in een Amerikaanse rechtbank waar
(opnieuw: in theorie) iedere burger voor opgeroepen kan worden. De zgn. jury instructions (ofwel de tekst die juryleden voor aanvang van een zaak van de rechter krijgen te horen) stammen uit 1850 en zijn geschreven door Chief Justice Shaw van het Massachusetts Supreme Court (in de zaak Commonwealth v. Webster, 59 Mass. 295). Veel woorden zoals reasonable doubt, to draw an interference, proximate and approximate cause,
circumstantial evidence
en mitigating factors zijn bij juryleden onbekend en andere
woorden zoals aggravating hebben in de oren van de niet-juridisch onderlegde juryleden de “normale”, dwz. niet-juridische betekenis (in het geval van aggravating: annoying). Lees hier verder over in het artikel Not So Plain English: In Many States, Jury Instructions are
Confusing
in het tijdschrift van de American Bar Association (ABA).

In 1994 boog het Amerikaanse Supreme Court zich over de bewoordingen van jury
instructions
in de staten Nebraska en Californië (Victor v. Nebraska en  Sandoval v.
California 511 U.S. 1), De eind juni van dit jaar teruggetreden Justice Kennedy schreef in zijn opinion: It was commendable for Chief Justice Shaw to pen an instruction that survived more than a century, but, as the Court makes clear, what once made sense to jurors has long since become archaic. In fact, some of the phrases here in question confuse far more than they clarify.

 144 Jaar lang was men bang dat veranderingen in bewoordingen (in dit geval  jury
instructions
) zouden leiden tot een stortvloed van hoger beroepszaken. Die bewoordingen werden immers al 144 jaar gebruikt en hadden hun juridische waarde wel bewezen. Met de uitspraak van het Supreme Court in 1994 echter, was, ironisch genoeg, het tegenovergestelde het geval. Veel Amerikaanse staten begonnen in de vrees voor een échte stortvloed van hoger beroepszaken onmiddellijk aan een Plain English-hertaling. Een
proces dat nog steeds gaande is. Gezegd dient hier te worden dat Klare Taal/Plain English lang niet alleen het vervangen van woordjes behelst. Onder meer ‘toon’ (mensen direct aanspreken met u/jij, bijv.), ’stijl’ (actieve ipv. passieve zinnen bijv.) en ‘indeling/
organisatie’ van een tekst spelen net zo’n grote rol.

Ik denk niet dat al deze inspanningen in de categorie “op de hurken uitleggen” vallen. Wél kan ik besluiten met een Wittgenstein citaat (want van parafrases wordt het alleen maar schimmiger): “Waar men niet over spreken kan, daarover moet men zwijgen” (Tractatus Logico-Philosophicus). Niet helemaal wat Ludwig bedoelde, maar het volstaat voor even.